Er zijn verschillende mogelijkheden. De langstlevende kan de bedragen aan de kinderen renteloos schuldig blijven, de erfgenamen kunnen samen een rentepercentage afspreken, of er staat in het testament dat er jaarlijks een bepaald percentage aan rente wordt bijgeschreven bij de vordering.
Een renteclausule is belangrijk, want deze heeft invloed op de heffing van erfbelasting. Er kan een fiscaal voordeel mee worden behaald, maar er kunnen ook nadelige effecten zijn.
Wat zijn de voor- en nadelen van een renteclausule?
Renteloos
Als de langstlevende de bedragen aan de kinderen renteloos schuldig blijft, is er bij het eerste overlijden minder erfbelasting verschuldigd dan wanneer de erfdelen van de kinderen rentedragend zijn. Dat is voordelig voor de langstlevende, want die moet de erfbelasting, die geheven wordt over de vorderingen van kinderen, voorschieten. De vorderingen van de kinderen blijven in deze situatie hetzelfde bedrag dat is vastgesteld op basis van het vermogen op de overlijdensdatum. Dus ongeacht hoeveel jaren er verstrijken vanaf de sterfdatum van de eerstoverleden ouder tot het overlijden van de langstlevende ouder.
Jaarlijks rentepercentage bijschrijven
Als in het testament is bepaald dat er een bepaald rentepercentage jaarlijks wordt bijgeschreven bij de vorderingen van de kinderen, heeft dat in de eerste plaats invloed op de erfbelasting die de langstlevende moet betalen over de vorderingen van de kinderen. Een rentedragende vordering wordt namelijk hoger gewaardeerd dan een renteloze vordering.
Voor de langstlevende is het bijschrijven dus minder voordelig. Voor de kinderen kan rentebijschrijving voordelig zijn. Immers, het bedrag van hun vordering wordt ieder jaar groter. Onder andere als de langstlevende komt te overlijden wordt de vordering inclusief de bijgeschreven rente opeisbaar. Dat totaalbedrag kunnen de kinderen in mindering brengen op de nalatenschap van de langstlevende ouder. Daardoor wordt het saldo van de nalatenschap lager en is er minder erfbelasting verschuldigd. Over het bedrag van de bijgeschreven rente wordt dus geen erfbelasting geheven. Het voordeel wordt groter naar mate meer jaren zijn verstreken tussen het eerste en laatste overlijden. Als de ouders binnen korte tijd na elkaar komen te overlijden, is de rentebijschrijving zeer waarschijnlijk juist niet voordelig geweest.
Behalve dat de langstlevende meer erfbelasting over de erfdelen van de kinderen moet betalen, kan er nog een nadeel ontstaan als de vorderingen rentedragend zijn gemaakt in het testament. Stel dat de eerstoverleden ouder jong overlijdt en de langstlevende vele jaren later komt te overlijden en inmiddels een nieuwe partner had, kan het zijn dat de vorderingen van de kinderen zodanig in omvang zijn gegroeid dat er niets meer van de nalatenschap van de langstlevende resteert voor de nieuwe partner. Een renteclausule kan in de weg staan aan de wens van de langstlevende om een eventuele nieuwe partner in financieel opzicht verzorgd achter te laten.
Flexibele renteclausule
Het is ook mogelijk om een flexibele renteclausule op te nemen. Bijvoorbeeld dat de vorderingen van de kinderen renteloos zijn, tenzij de erfgenamen anders overeenkomen. Een renteafspraak moet dan meestal binnen acht maanden na het overlijden worden gemaakt, in verband met het indienen van de aangifte erfbelasting. Zo kan er bij het eerste overlijden worden gekeken wat op dat moment, gezien de samenstelling van de nalatenschap, gunstig is en hoeft die keuze nog niet te worden gemaakt bij het maken van het testament.
Overigens, als er in een testament niets over rente wordt bepaald (en de wettelijke verdeling van toepassing is), dan geldt dat er alleen rente wordt bijgeschreven indien en voor zover de wettelijke rente (voor niet-handelstransacties) hoger is dan 6%. De wettelijke rente bedraagt momenteel 2%.
Wij adviseren u graag over het opnemen of wijzigen van een renteclausule in uw testament. Wilt u meer weten? Neemt u dan contact met ons op.