Familie-opvolging. Continuïteit vóór cashen

Van elke twee eigenaren van familiebedrijven droomt er een van overdracht binnen de familie. Uit onderzoek blijkt dat achteraf die dromen niet altijd uitkomen, maar opvolging binnen de familie komt nog heel vaak voor. Continuïteit gaat meestal voor cashen.

Tweederde van alle familieondernemers heeft een beperkt beeld van de waarde van de onderneming. Het is niet makkelijk om de marktwaarde vast te stellen, accountants – en dan vooral brancheaccountants – hebben veel kennis in huis en kunnen een verantwoord waarderingsrapport maken. Doe-het-zelf schema’s werken minder goed. De marktwaarde zit namelijk ook voor een groot deel in de persoon van de ondernemer en laat zich niet vatten in een standaard doe-het-zelf berekening. En bovendien verdwijnt de persoon van de ondernemer na bedrijfsoverdracht uit beeld.

In een BV is de continuïteit verzekerd, de BV is immers een rechtspersoon. Die houdt bij uw vertrek niet op te bestaan. Verkoopt u uw aandelen, dan moet u over de opbrengst 25% inkomstenbelasting betalen, althans als u een aanmerkelijk belang hebt. Dat hebt u als u minimaal 5% van de aandelen heeft. Wordt uw bedrijf uit de BV verkocht, dan moet de verkopende BV vennootschapsbelasting betalen over de (boek)winst.

Vrijstelling overdrachtsbelasting

Als u uw bedrijf binnen de familie overdraagt, hoeft er geen overdrachtsbelasting te worden betaald over het onroerend goed van het bedrijf. Binnen de familie, dat zijn kinderen, kleinkinderen, broers, zussen of hun echtgenoten. Er gelden overigens wel een aantal voorwaarden. Zo moet uw opvolger het bedrijf minimaal drie jaar voortzetten.


Hypotheek voor samenwoners

Hoe voorkomt u ongewenste gevolgen als u samenwonend bent en een hypothecaire geldlening wilt afsluiten om een huis te kopen of te verbouwen? Of als een van u al een hypotheek heeft? Of als u uit elkaar gaat? Het is raadzaam u vooraf goed te laten adviseren.

Voor een goede regeling zijn doorgaans een samenlevingsovereenkomst en twee partnertestamenten nodig. Daarmee sluit u al het merendeel van de mogelijke problemen uit.

Als u bijvoorbeeld samen eigenaar van het huis bent en er is geen samenleefcontract en/of testament opgesteld, dan kunnen grote problemen ontstaan bij overlijden van een van de partners. De achterblijvende partner is dan niet uw erfgenaam, dat zijn alleen uw kinderen of overige familieleden. Die erfgenamen kunnen hun erfdeel opeisen. Om daaraan te kunnen voldoen kan het zijn dat uw partner het huis moet verkopen.

Als u gaat samenwonen of juist uit elkaar gaat, kunt u een nieuwe hypotheek afsluiten. Als u zich de daarmee gepaard gaande kosten wilt besparen, kunt u ook voor een andere oplossing kiezen.

U kunt een schriftelijk verzoek bij de geldverstrekker indienen om tussentijds uw partner te laten bijschrijven of juist uitschrijven. Dat kan overigens wel grote gevolgen hebben. Uw partner wordt daarmee in het eerste geval wel aansprakelijk voor de schuld, maar heeft geen eigendomsaandeel in het huis. Dat moet dan nog geregeld worden. Wilt u dat geregeld hebben, klik dan op de link onder dit artikel, wij nemen dan snel contact met u op.

Als uw hypotheek nu op twee namen staat en u wilt uw partner laten uitschrijven, dan wordt uw inkomen getoetst. U moet immers voortaan alleen de lasten opbrengen. De geldverstrekker wil weten of u aan die verplichting kunt blijven voldoen. Ook de verzekering die aan de hypotheek is gekoppeld zal op één naam moeten worden gezet. De hypotheekverstrekker past dan de premie aan aan de nieuwe dekking.


Ondernemers eenmanszaak ook privé aansprakelijk

De privé aansprakelijkheid van de ondernemer in een eenmanszaak liegt er niet om. Gaat u zakelijk failliet, dan bent u ook privé failliet. U bent privé met uw hele vermogen aansprakelijk. Als u in gemeenschap van goederen getrouwd bent, dan vallen de bezittingen van uw partner daaronder. Huwelijkse voorwaarden kunnen u gedeeltelijk behoeden. Die kunt u altijd aangaan, ook al bent u al getrouwd. Wij leggen het u graag uit.

U bent dus als ondernemer ook in privé aansprakelijk voor “alle handelingen en vermogensaangelegenheden” van het bedrijf. Het gaat dan om geld, ander bezit en schulden. Er bestaat in de eenmanszaak geen onderscheid tussen privé- en ondernemingsvermogen. De schuldeisers van uw bedrijf (crediteuren), kunnen hun vordering verhalen op uw privébezit. En uw schuldeisers in uw privéleven kunnen dat doen op de bezittingen van uw onderneming.

U mag uw privérekening gebruiken voor zakelijke transacties. Daar bestaan geen regels voor. Maar het is beter om de geldstromen privé en zakelijk te scheiden en een aparte bankrekening voor uw bedrijf te openen. U houdt dan veel beter overzicht van wat u allemaal aan het doen bent.

U kunt een aantal nadelen voorkomen door – ook al bent u al getrouwd of “in partnerschap” geregistreerd – (alsnog) huwelijkse voorwaarden of partnerschapsvoorwaarden op te stellen. Dat kost meer geld dan wanneer u dat voor uw trouwdag doet. Maar u kunt dan alsnog een scheiding aanbrengen tussen privé- en ondernemingsvermogen.

Het is ook mogelijk om al gemaakte huwelijkse voorwaarden tijdens uw huwelijk te wijzigen of op te heffen. Daarvoor hebt u elkaars medewerking nodig. U kunt voor deze oplossing kiezen als u onderling evenwichtige(r) economische verhoudingen wilt bereiken. Of met het oog op planning in verband met toekomstige erfbelasting. U kunt er ook voor kiezen om over te stappen op de wettelijke gemeenschap van goederen, bijvoorbeeld als er geen sprake (meer) is van onder­nemersrisico. Uw partner krijgt dan de helft van het opgebouwde vermogen. Ook dat kan in de toekomst flink schelen in de hoogte van de erfbelasting.


Ondernemer eenmanszaak betaalt inkomstenbelasting

Startende ondernemers moeten zich aanmelden bij de Belastingdienst. Op de site van de Belastingdienst zijn daarvoor formulieren beschikbaar. Als eenmanszaak wordt u aangemerkt als IB-ondernemer. De winst- ven verliesrekening van uw bedrijf wordt meegenomen in uw privé aangifte.

De winst uit uw eenmanszaak wordt als inkomstenbelasting belast in box 1. Als ondernemer kunt u gebruikmaken van verschillende belastingfaciliteiten: startersaftrek, ondernemersaftrek, investeringsaftrek en de fiscale oudedagsvoorziening. Daar tegenover staat dat u – naast inkomstenbelasting over uw verdiende geld – ook BTW moet betalen over de omzet in uw bedrijf. Die kunt u overigens weer verrekenen met de BTW die u betaald hebt op uw inkopen.

Vanuit het oogpunt van belastingvoordeel moet u wel weten welke rechtsvorm het beste bij u, bij uw bedrijf past. Wij hebben per rechtsvorm alle juridische en fiscale voor- en nadelen op een rij staan. Klik op de contactlink onder “Meer informatie” als u hier meer over wilt weten, wij nemen dan snel contact met u op.

Elk soort inkomen is maar in één box belast. Er kan geen sprake zijn van dubbele belastingheffing. Dat heeft ook tot gevolg dat negatief inkomen in de ene belastingbox niet verrekend kan worden met een positief inkomen in een andere box. Verrekening binnen dezelfde box is mogelijk met inkomen van vorige of komende jaren. In uw startjaar bijvoorbeeld maakt u verlies, dat kunt verrekenen met positief inkomen uit een volgend jaar.


Bedrijfsopvolging eenmanszaak

Gaat u uw eenmanszaak overdragen aan een opvolger, dan is een helder overzicht nodig van de bezittingen en schulden van uw bedrijf. Wij leggen dat in de koopovereenkomst en de overdrachtsakte vast. Het gaat dan bijvoorbeeld om het overnemen van voorraden, crediteuren en huur. Onze akte heeft een sterke rechtswerking, in tegenstelling tot onderhandse afspraken. Als verplichtingen niet worden nagekomen, kunt u dit via de deurwaarder afdwingen, zonder dat u eerst naar de rechter moet.

Bereidt u goed voor op een bedrijfsovername of een bedrijfsoverdracht. Wij noemen dat “juridisch voorsorteren”. U begint al een aantal jaren van tevoren zodanige juridische regelingen te treffen dat de overdracht of overname soepel verloopt. U voorkomt dan ook veel onduidelijkheid in het proces zelf.

Bij een eenmanszaak wordt geen onderscheid gemaakt tussen privé en de zaak. Wilt u dat uw bedrijf blijft bestaan na uw overlijden, dan moet u dat afzonderlijk regelen. Zonder zo’n regeling kunnen uw erfgenamen hun deel in het ondernemingsvermogen opeisen. Daarmee komt het voortbestaan van uw bedrijf in gevaar. Ook is het verstandig een regeling te treffen waarmee u uw bedrijf kunt overdragen aan een derde.

Gevolgen in privé

De koop of verkoop van een bedrijf brengt ook gevolgen mee voor uw privésituatie. Wij betrekken in het voorbereidingstraject zaken als huwelijkse voorwaarden en voortzetting van uw bedrijf in onverwachte situaties. Bijvoorbeeld de bescherming van uw partner tegen risico’s van het ondernemen, of het risico van overlijden voor uw pensioendatum.

Als de verkoop eenmaal rond is en de overdracht achter de rug, dan is de bescherming van uw partner tegen ondernemersrisico’s niet meer nodig. Vaak worden huwelijkse voorwaarden dan opgeheven. Achterliggende reden daarvan is dat er later veel minder erfbelasting hoeft te worden betaald en de nalatenschap voor uw erfgenamen groter is.

Het staken van uw ondernemersactiviteiten is een goed moment om uw eventuele huwelijkse voorwaarden door ons te laten bezien en mogelijk te wijzigen, bijvoorbeeld als de bescherming van uw echtgenoot tegen de ondernemersrisico’s niet meer nodig is. Wij kunnen u ook adviseren over een goed evenwicht tussen uw oudedagsvoorziening en het overdragen van vermogen aan uw toekomstige erfgenamen waardoor bij uw overlijden minder belasting hoeft te worden betaald.


Checklist eenmanszaak

Elke dag starten er mensen een eigen bedrijf. Mensen die kansen in de markt zien en daarop in willen spelen. Soms ook is er een gezonde dosis twijfel, waar moet u beginnen. De checklist voor ondernemers in een eenmanszaak helpt u op weg. Eerst goed voorbereiden, dan de gang naar de Kamer van Koophandel en vervolgens gewoon beginnen met ondernemen.

  1. Bereidt u goed voor. Maak een ondernemingsplan. U bent niet verplicht een ondernemingsplan op te stellen, maar de banken vragen meestal een ondernemingsplan voordat zij bereid zijn u te helpen bij de financiering van uw onderneming. Een goed ondernemingsplan bestaat uit:
    • Persoonlijke gegevens.
    • Omschrijving van het plan.
    • Marketingplan.
    • Financieel plan.
  2. Inschrijven in het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel. Voordat u zich als ondernemer gaat vestigen, moet u zich laten inschrijven bij de Kamer van Koophandel. Soms is een handelsnaamonderzoek aan te bevelen zodat u voorkomt dat u eenzelfde naam kiest als een ander – bestaand – bedrijf.
  3. Zakelijke rekening. Het is niet verplicht, maar wel aan te raden om een zakelijke bankrekening te openen. Als u die gaat openen hebt u een legitimatie en KvK uittreksel nodig.
  4. Internetsite. In negen van de tien situaties is een eigen website van belang. Op http://www.sidn.nl/ kunt u bekijken of de door u gewenste domeinnaam nog vrij is. Deze kunt u vervolgens door een daartoe bevoegde organisatie laten registreren; die vindt u onder de knop “Deelnemers” op de SIDN-site.
  5. Aansprakelijkheid. Als u kiest voor de rechtsvorm “eenmanszaak”, dan kiest u ook voor aansprakelijk met uw hele vermogen, dus ook met uw privé bezit. Bent u in gemeenschap van goederen getrouwd, dan vallen ook de bezittingen en het vermogen van uw partner daaronder. U kunt tijdens huwelijk altijd alsnog huwelijkse voorwaarden laten opstellen.
  6. Vergunningen en diploma’s. Ga na welke vergunningen u nodig hebt om uw onderneming echt te mogen uitoefenen. Bijvoorbeeld milieu- en bouwvergunningen. Of specifieke diploma’s vaktechniek. Bij de Kamer van Koophandel kan men u daarover informeren.
  7. Algemene voorwaarden. Zorg dat u algemene voorwaarden voor uw onderneming hebt opgesteld of laten opstellen. In offertes en op facturen kunt u daarnaar verwijzen. Juridisch gezien zijn ze eigenlijke onmisbaar. Niet omdat iemand ze leest, maar omdat u er bij een echt geschil op terug kunt vallen. Stuur ze ook altijd mee bij offerte en/of opdracht.
  8. Risico’s. Welke specifieke risico’s loopt u als ondernemer en op welke manier kunt u deze het beste ondervangen? De belangrijkste risico’s zijn:
    • Ziektekosten
    • Arbeidsongeschiktheid
    • Aansprakelijkheid
    • Ongevallen
  9. Sociale zekerheid. Werknemers hebben sociale zekerheid. Zij krijgen een uitkering bij ziekte, arbeidsongeschiktheid of werkloosheid. Dat zijn zaken die u nu zelf moet regelen in eigen voorzieningen.
  10. Belastingen. Startende ondernemers moeten zich aanmelden bij de Belastingdienst. Op de site van de Belastingdienst zijn daarvoor formulieren beschikbaar. Als eenmanszaak wordt u aangemerkt als IB-ondernemer. De winst- ven verliesrekening van uw bedrijf wordt meegenomen in uw privé aangifte.
  11. BTW. Een zelfstandig bedrijf brengt ook mee dat u BTW moet gaan berekenen over uw omzet. Ga na of u in aanmerking komt voor de kleine ondernemersregeling. Dan hoeft u geen BTW af te dragen, of u wordt ontheven van een aantal administratieve verplichtingen.
  12. Administratie en boekhouding. U bent verplicht om een deugdelijke administratie (boekhouding) te voeren. Dat kunt u zelf doen, maar ook uitbesteden. De BTW-aangifte en uw jaarrekening worden gebaseerd op uw administratie. Voor de administratie hebt u alle inkomende en uitgaande facturen nodig en alle overige zaken zoals bankafschriften, KvK-gegevens en dergelijke.
  13. Pensioenvoorziening. Wie in loondienst is, heeft meestal ook een pensioenregeling. U moet zelf voor uw oudedag zorgen. Dat kunt u in eigen beheer doen, maar u kunt het ook uitbesteden. Pensioen kunt u op de volgende manieren opbouwen:
    • Deelname in een bedrijfs- en beroepspensioenfonds
    • Stakingswinst gebruiken voor de aankoop van een lijfrente
    • Afsluiten van een lijfrenteverzekering


Zoveel fusies en splitsingen, zoveel verschillen

Economische crisis, ontwikkelingen in de markt of juist ontwikkelingen in uw bedrijf of privésituatie, uitbreiding van product- of dienstenpakket. Zomaar een greep uit aanleidingen voor fusies van bedrijven en splitsing van bedrijven. Zoveel fusies, zoveel verschillen. Zoveel splitsingen, zoveel verschillen. Zo’n proces vraagt om nauwe begeleiding door en samenwerking tussen notaris, accountant en belastingadviseur.

Er zijn heel veel soorten fusies. In juridische zin zijn ze allemaal verschillend. De hoofdlijn bij juridische fusies is dat daar twee of meer rechtspersonen bij betrokken zijn, bijvoorbeeld twee BV’s. Het vermogen van één of meer van de verdwijnende rechtspersoon of rechtspersonen gaat naar de overblijvende (de “verkrijgende”) rechtspersoon. Dit is een vèrgaande vorm van fuseren. Een andere vorm is de aandelenfusie. Dan krijgt de ene vennootschap in ruil voor de eigen aandelen, aandelen in de andere vennootschap.

Fusies zijn er dus in alle soorten en maten. Enkele voorbeelden:

  1. Bedrijfsfusie. U neemt alle bezittingen en schulden (activa en passiva) van een ander bedrijf over.
  2. Aandelenfusie. U koopt alle aandelen van het bedrijf waarmee u gaat fuseren en geeft in ruil daarvoor aandelen van uw bedrijf aan de betreffende aandeelhouders.
  3. Juridische fusie. De rechtspersoon waarvan u aandeelhouder bent, gaat volledig op in de rechtspersoon die uw bedrijf koopt. Hier gelden strikte voorwaarden voor.

Bij splitsing gaat het precies andersom. Bij juridische splitsing kunt u uw gehele of gedeeltelijke bedrijfsvermogen overhevelen naar één of meer nieuw op te richten rechtspersonen. Juridische splitsing is daarmee eigenlijk de tegenhanger van de juridische fusie.
Splitsingen van rechtspersonen kunnen worden uitgevoerd als “zuivere splitsing”, als “afsplitsing” of als “hybride splitsing”.

  1. Zuivere splitsing. In die situatie houdt bijvoorbeeld uw rechtspersoon (BV) op te bestaan. Het vermogen gaat over naar twee of meer nieuwe rechtspersonen.
  2. Afsplitsing. In deze situatie blijft uw BV (rechtspersoon) bestaan en gaat een gedeelte van het vermogen over op één of meer andere rechtspersonen.
  3. Hybride splitsing. Dit komt in de praktijk in toenemende mate voor. In deze situatie gaat het gehele vermogen over naar twee of meer nieuwe rechtspersonen, maar blijft de splitsende rechtspersoon (bijvoorbeeld uw BV) bestaan.

Juridische fusie en splitsing zijn niet vormvrij. U hebt er een notariële akte voor nodig Wij verzorgen de formele procedures en zorgen ervoor dat gedurende het hele traject alle van belang zijnde juridische zaken en gevolgen aan bod komen. Daarmee kunt u telkens afgewogen keuzes maken en vervolgstappen zetten.


Schenkingsvarianten

Schenkingen kunt u juridisch gezien op verschillende manieren doen: op papier, in geld of in goederen. Daarnaast kunt u er voor kiezen wie de schenkbelasting moet betalen. Als u zelf de schenkbelasting wilt betalen, moet u een schenking “vrij van recht” doen. Als u dat niet doet, betaalt de ontvanger de belasting.

Schenking op papier

Om uiteindelijk erfbelasting op uw erfenis te besparen, kunt u een schenking op papier aan uw kinderen doen. U verklaart dan in de schenkingsakte dat u een bepaald bedrag schuldig bent aan uw kinderen, dat u over dit bedrag rente betaalt en dat de schuld pas opeisbaar is als u en uw partner zijn overleden. De Belastingdienst accepteert deze schenkingsvorm als u die in een akte heeft vastgelegd en ook daadwerkelijk jaarlijks rente betaalt.

Voordeel: u houdt het geld in uw beurs, u maakt toch gebruik van de geldende schenkingsvrijstellingen en u regelt zo dat er uiteindelijk minder erfbelasting over uw erfenis moet worden betaald. Drie vliegen in één klap.

Schenking in geld of in goederen

U kunt een schenking doen in geld of in goederen. Goederen zijn bijvoorbeeld een huis, effecten, aanmerkelijk belang aandelen in uw BV, kunst en antiek. Kwijtschelding van schulden, bijvoorbeeld uitgeleend geld aan uw kind, is ook een schenking.

U kunt veel belasting besparen als u goederen schenkt die in de toekomst waarschijnlijk veel meer geld waard worden. Daar tegenover staat dat u bij het schenken van goederen ook met andere belastingen te maken kunt krijgen, zoals overdrachtsbelasting en inkomstenbelasting.

Uw voorwaarden

De Belastingdienst accepteert een schenking altijd als deze is vastgelegd in een notariële akte. Daarmee staat bijvoorbeeld de schenkingsdatum onbetwistbaar vast, onder meer van belang voor de 180-dagentermijn. Deze termijn is van toepassing bij overlijden. Als tussen de schenkingsdatum en de datum van overlijden van de schenker minder dan 180 dagen zit, wordt de schenking toch bij de erfenis geteld en moet er erfbelasting over worden betaald.

Net als in uw testament kunt u ook aan schenkingen voorwaarden verbinden. U kunt voorkomen dat bij een eventuele echtscheiding van uw kinderen hun partners recht hebben op de helft van de schenking. Daarvoor is een uitsluitingsclausule in de schenkingsakte nodig. Deze clausule houdt in dat de schenking niet in hun “huwelijksgoederengemeenschap” gaat vallen. Daarmee heeft de ‘koude kant’, de aan­getrouwde familie bij echtscheiding geen recht op de helft van de schenking.

U hebt ook de mogelijkheid om “vrij van recht’ te schenken. In dat geval neemt u zelf de schenkbelasting voor uw rekening. Dit is dus een extra bevoordeling van de verkrijger. De totale schenking bestaat dan uit de waarde die u wilt geven plus de waarde van de daarbij horende schenkbelasting. Uiteindelijk betaalt u dan schenkingsrecht over de totale schenking.


Checklist Vereniging & Stichting

Vrijwel dagelijks worden verenigingen en stichtingen opgericht. Op het gebied van cultuur, sport, gezondheid, goede doelen, te veel om op te noemen. Met dergelijke verenigingen of stichtingen willen mensen mogelijkheden benutten om hun doel te bereiken. Waar moet u beginnen voordat u tot oprichting overgaat? Onderstaande checklist helpt u op weg.

  1. Maak eerst een plan. Zorg dat alles op papier staat en wordt het daar samen met uw mede-initiatiefnemers over eens. Met de gegevens uit uw plan wordt het stukken eenvoudiger om de formaliteiten rond oprichting te vervullen. Waar moet u op letten?
    • Het doel van de stichting of vereniging. Omschrijf dit zo helder mogelijk, zodat het voor niet meer dan één uitleg vatbaar is.
    • Personalia van de oprichter(s).
    • Bestuur. Welke samenstelling gaat het bestuur hebben, welke personen in welke functie?
    • Raad van toezicht of raad van advies? Geen van beiden is voorgeschreven. Als u er de meerwaarde van inziet, geef dan aan welke taak de raad zou moeten krijgen.
    • Begroting. Maak een financieel plan. Voor welke taken heeft u hoeveel geld nodig? En waar haalt u het geld vandaan?
    • Subsidie. Ga na of u mogelijk in aanmerking komt voor subsidie. Van gemeente, provincie of rijk? Van een fonds dat is ingesteld om initiatieven als de uwe te ondersteunen. Of …
  2. Rechtsbevoegdheid. Een stichting en een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid kunnen uitsluitend bij notariële akte worden opgericht en hebben daarmee ook statuten. Kiest u voor een vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid, dan is de gang naar de notaris niet nodig. Maar …., deze route is niet aan te bevelen omdat u in die situatie als bestuurder persoonlijk aansprakelijk kan worden gesteld voor handelingen die – ook door anderen – namens de vereniging worden verricht.

  3. Voorbereiding op statuten. Zorg dat u alle gegevens die verplicht moeten worden opgenomen in de statuten van een stichting of vereniging (met volledige rechtsbevoegdheid) van tevoren op papier hebt gezet. Dat betreft onder meer:

    • Doel
    • Plaats van vestiging
    • Wijze van benoeming en ontslag van bestuursleden
    • Bestemming van het batig saldo bij liquidatie
    • (bij een vereniging) Verplichtingen van de leden tegenover de vereniging
    • (bij een vereniging) Procedure voor bijeenroepen van de algemene vergadering
  4. Notariële akte. Bel ons voor een afspraak. Wij nemen de bijzonderheden met u door en stellen de oprichtingsakte op.
  5. Na het passeren zorgen wij er voor dat deze zo snel mogelijk wordt ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel.
  6. Bankrekening. Bij de opening van een bankrekening hebt u een legitimatie en KvK uittreksel (uit het handelsregister) nodig.
  7. Internetsite. Op http://www.sidn.nl/ kunt u bekijken of de door u gewenste domeinnaam nog vrij is. Deze kunt u vervolgens door een daartoe bevoegde organisatie laten registreren; die vindt u onder de knop “Deelnemers” op de SIDN-site.
  8. Vergunningen en diploma’s. Ga na welke vergunningen er vereist zijn om goed te kunnen functioneren. Bijvoorbeeld certificaat Sociale Hygiëne voor sportkantines. Of milieu- en bouwvergunningen. Bij de Kamer van Koophandel kan men u daarover informeren.


Samen in huis

Hoe zit het eigenlijk als u als samenwoners een huis koopt of huurt? Met welke haken en ogen hebt u te maken. En welke voor- en nadelen zijn er voor samenwoners? Ziet u door de bomen het bos niet meer? Wij zetten ze voor u op een rijtje.

Allereerst is van belang of u een eigen huis of een huurhuis hebt. Hoe gek het ook klinkt, als u huurt hebt u daarmee als samenwoner nog geen woonrecht. Een verhuurder heeft niets te maken met afspraken die u in het samenlevingscontract maakt. Het handigst is als u vanaf het begin beiden als huurder in het huurcontract staat. Hebt u dat niet gedaan en is het huis wel uw hoofdverblijf, dan kunt u na twee jaar samenwoning medehuurder worden.

Woont u in het huis dat eigendom is van uw partner (staat het op zijn of haar naam?) dan loopt u risico’s. U kunt het huis voor de helft in eigendom overnemen, maar dan bent u overdrachtsbelasting kwijt. In plaats daarvan kunt u in het samenlevingscontract afspreken dat u gedurende een bepaalde tijd een gebruiksrecht krijgt. U kunt daarin ook vastleggen dat bij een volgende aankoop van een huis deze op naam van uw beiden komt. Dan moet u ook goed vastleggen wie welk deel van de hypotheek- en andere lasten betaalt en wat de gevolgen daarvan zijn, bijvoorbeeld bij overlijden van één van u.

Inboedel

Ongeacht toekomstige situaties is het belangrijk dat altijd kan worden nagegaan wat van wie is. Bijvoorbeeld met het oog op schuldeisers of erfgenamen. Formeel gezien bent u eigenaar als iets aan u geleverd is. Meestal is dat degene die het product gekocht heeft. Doorslaggevend is uiteindelijk op wiens naam het “roerend goed” staat. Dat kan blijken uit de tenaamstelling van een factuur.

Om hierover nooit in problemen te komen moet u een goede administratie voeren, facturen en bankafschriften bewaren, en aan het samenlevingscontract een lijst toevoegen waarop staat wat door wie afzonderlijk is ingebracht of gekocht en wat door u gezamenlijk.

Verblijvingsbeding

Mocht één van u onverhoopt overlijden en wilt u als achterblijvende partner in het huis blijven wonen, dan hebt u een zogenaamd verblijvings­beding nodig. Die kunt u opnemen in het samenlevingscontract. Daarmee zorgt u er voor dat u de gemeenschap­pelijke goederen helemaal in eigendom krijgt.

Als u andere voorzieningen wilt treffen voor na uw overlijden, dan hebt u wel een testament nodig. Zonder testament krijgt u erfrechtelijke problemen. Regel het, het scheelt u uiteindelijk veel onrust en veel geld.