Bevoordeling via BV van kind is toch een gift aan dat kind

Uiteindelijk – bij overlijden van een van de ouders – wordt de vraag relevant of er vanwege de lage huur sprake is van een gift aan het ondernemende kind. Als dat zo is, moet dat bedrag worden meegenomen in de berekening van de erfdelen. De vraag is of de stelling houdbaar is dat de gift niet aan het kind persoonlijk maar aan diens BV ten goede is gekomen. De BV heeft immers de huurovereenkomst gesloten.

Het Hof Amsterdam was er begin dit jaar snel uit in een dergelijke situatie. Wie een ander verrijkt ten koste van zijn of haar vermogen, doet in juridische zin een gift. Bepalend is of de ontvanger wordt bevoordeeld en of dat ook de bedoeling was van – in dit geval – de ouders. Dat laatste bleek, de ouders wilden hoge huurkosten voor het kind vermijden en de huurprijs was lager dan in de markt gebruikelijk was. De lage huur had ook een positief effect op de winst van de BV. Die winst kwam het kind ten goede vanuit zijn hoedanigheid van directeur-grootaandeelhouder. Er was dus sprake van een gift die moet worden meegenomen in de berekening van de erfdelen.

Wilt u meer weten over de erfrechtelijke gevolgen van bevoordeling van een kind ten opzichte van uw andere kinderen? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Samenwoners kunnen rechter inschakelen voor alimentatieregeling

Een vrouw vroeg dit jaar de rechtbank in Rotterdam te bepalen dat haar ex-partner na verbreking van de samenwoonrelatie alimentatie aan haar zou moeten betalen. De man verweerde zich door te stellen dat de rechter alleen alimentatie kan vaststellen als de alimentatieplicht uit de wet voortvloeit en niet uit een overeenkomst. De rechter ging in die stelling niet mee.

Omdat de ex-partners er samen niet uitkomen, moet de rechter de uitkering vaststellen. De rechter moet daarbij rekening houden met de eisen van redelijkheid en billijkheid. De rechtbank vond dat er wel degelijk de burgerlijke rechter – die geen alimentatierechter is – zich mag uitspreken over de vaststelling van alimentatie op grond van afspraken tussen samenwoners.

In dit concrete geval werd de eis van de vrouw overigens afgewezen omdat zij onvoldoende inzicht had gegeven in haar vermogen en haar mogelijkheden om zelf geld te verdienen.

Wilt u meer weten over het regelen van de gevolgen voor het geval uw samenwoonrelatie wordt verbroken? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Afwaarderen schuld aan overleden ouder scheelt erfbelasting

Dat bleek weer eens bij het Hof Arnhem-Leeuwarden die begin dit jaar uitspraak moest doen in een dergelijke zaak. Een van de kinderen had een schuld van enkele tonnen aan zijn ouders. De fiscus waardeerde die schuld voor de berekening van de hoogte van de nalatenschap en daarmee voor de heffing van erfbelasting op de hoogte van de vordering. Een van de erfgenamen – een broer van de schuldenaar – kwam daartegen in verweer en vond dat de schuld zou moeten worden afgewaardeerd op nul. De rechter ging daarin mee.

Er blijkt namelijk dat de schuldenaar niet wil aflossen en dat daarvan al sprake was voordat de ouder was overleden. Verder wordt de conclusie getrokken dat er geen zekerheden zijn gesteld voor het geval de nalatige broer niet aan zijn aflossingsverplichtingen voldoet. Ook zijn er voor en na het overlijden diverse invorderingsacties geweest, maar ook die hebben niet geleid tot aflossing. Bovendien is de BV van de schuldenaar failliet gegaan.

De fiscus stelde daar tegenover dat er best een koper gevonden zou kunnen worden voor de vordering. Die stelling werd verder echter niet onderbouwd. Reden voor het Hof om het bezwaar van de broer te honoreren en de schuld naar nul af te waarderen en daarmee ook de aanslag erfbelasting te verlagen.

Wilt u meer weten over de afwikkeling van een erfenis? Bel ons voor het maken van een afspraak.

“We hebben het er al eens vaker over gehad…”

Gek genoeg is er vaak onvoldoende aandacht voor de gevolgen bij overlijden. Juist omdat – hoe vervelend ook – ook, uw overlijden een zekerheid is, is het verstandig om voor uw nabestaanden een goede regeling te maken. Deze regeling moet in een persoonlijk testament worden vastgelegd.

Voor veel risico’s heeft u zich – al dan niet verplicht – verzekerd. Daarmee dekt u de financiële gevolgen voor het geval het verzekerde risico zich voordoet. Dat risico doet zich gelukkig vaak niet voor. Daarvoor betaalt u jaarlijks een premie omdat u zich bewust bent van het belang.
Waarom zouden u en uw nabestaanden belang kunnen hebben bij een goed testament? De kosten van een testament zijn – anders dan bij een verzekering – eenmalig bij het opstellen verschuldigd en vallen echt wel mee. Met een testament kunt u zelfs veel geld besparen!
Zonder testament bepaalt de wet wie uw erfgenamen zijn. Wie van u erven wordt dan mede bepaald door het al dan niet gehuwd of als partner geregistreerd zijn en het feit dat er al of geen afstammelingen zijn.

Wij adviseren u om u in een persoonlijk gesprek door ons te laten adviseren over wie uw erfgenamen zijn en of het voor u ook verstandig is om zelf een testament te maken.
Er zijn veel redenen om een testament te maken:

  • uw kinderen zijn minderjarig en u wilt zelf bepalen wie tot hun 18 jarige leeftijd de voogdij verkrijgt indien er geen ouder meer in leven is;
  • u wilt de erfdelen van uw meerderjarige kinderen beschermen met een bewind en daarvoor een bewindvoerder benoemen, bijvoorbeeld bij jonge meerderjarige kinderen of kinderen met een beperking;
  • u wilt dat er over uw nalatenschap zo min mogelijk erfbelasting moet worden betaald;
  • u wilt dat uw kinderen bij een zorgindicatie hun erfdelen mogen opeisen;
  • u wilt bepaalde personen onterven die zonder testament als erfgenaam in uw nalatenschap opkomen;
  • u wilt dat uw nalatenschap bij overlijden zonder afstammelingen als weduwe of weduwnaar ook voor een deel naar uw schoonfamilie moet gaan;
  • u wilt andere erfgenamen benoemen dan die volgens de wet als erfgenamen zouden opkomen;
  • u wilt zelf bepalen wie uw uitvaart moet regelen en/of wie uw nalatenschap moet beheren en/of afwikkelen.
  • u ligt in scheiding en wilt uw echtgenoot of geregistreerd partner onterven;
  • u wilt dat uw nalatenschap bij uw eigen kinderen blijft bij een eventuele echtscheiding en dus niet aan een ex-echtgenoot toekomt;
  • u bent gescheiden en wilt niet dat uw ex-partner indirect de vruchten (bijvoorbeeld rente) geniet van wat uw kinderen van u erven;
  • u gaat als weduwe of weduwnaar samenwonen, hertrouwen of een geregistreerd partnerschap aan;

Natuurlijk zijn er veel meer redenen. Heeft u vragen of over uw eigen situatie kom dan tijdig in aktie. Voor het bespreken van uw persoonlijk testament nodigen wij u hierbij graag uit voor het maken van een afspraak.

Pensioenopbouw in eigen BV mogelijk verleden tijd

De voordelen van opbouw van pensioen in eigen beheer zijn evident. Het op te bouwen pensioen wordt ten laste van het resultaat gebracht. Dat heeft tot gevolg dat u minder vennootschapsbelasting betaalt. Ook betaalt u geen provisie of winstopslag aan een verzekeringsmaatschappij. Bovendien blijft het geld binnen de onderneming.

Nadelen

Vergeet echter de nadelen niet! Bij opbouw in eigen beheer loopt u met uw eigen pensioengeld bedrijfsrisico. Een ander nadeel is dat vaak de rendementen niet worden gehaald, terwijl de fiscus wel wil afrekenen over de behaalde (fictieve) rendementen.

Verder bestaat het risico dat het vermogen van de besloten vennootschap niet toereikend is om op het moment dat uitkeringen moeten worden gedaan, aan de pensioenverplichting te voldoen. Dat kan voortvloeien uit tegenvallende beleggingsresultaten, gestegen levensverwachting en lage rekenrentes.

Uitkeren van dividend kan dan ook een probleem zijn. De belastingdienst vindt namelijk dat bij uitkering van dividend uit de besloten vennootschap rekening gehouden moet worden met de vraag of er wel voldoende dekking is voor de door de besloten vennootschap met de directeur aangegane pensioenverplichtingen. Wordt toch dividend uitgekeerd, dan ziet de belastingdienst dat als afkoop van pensioen, zodat er inkomsten belasting (52%) en revisierente (20%) moet worden betaald (samen maximaal 72%), berekend over de balanswaarde van de pensioenvoorziening.

Ook terugbetaling van kapitaal kan leiden tot dit zelfde probleem.

De staatssecretaris probeert nu met een oplossing te komen voor die situaties waarbij het geld ontbreekt om het pensioen uit te keren, of nog erger, er onvoldoende geld is om de ontstane belastingschuld te vereffenen. Nadat de staatssecretaris eerder met, volgens velen onwerkbare alternatieven kwam, lijkt het er nu op dat hij het pensioen in eigen beheer wil afschaffen. De aftrekpost voor pensioen leidt niet tot een beter pensioen en is alleen maar een mogelijkheid tot belastinguitstel, aldus de staatssecretaris.

Ons advies: kijk nog eens naar uw in eigen beheer opgebouwde pensioen. In een aantal gevallen kan het verstandig zijn om de pensioenregeling aan te passen.

Belasting besparen door opheffing of wijziging va huwelijkse voorwaarden

Als u in het verleden huwelijkse voorwaarden heeft laten opstellen kan het nuttig zijn om bij ons te informeren of deze voorwaarden nog wel in overeenstemming zijn met uw huidige situatie. Eens in de vijf of tien jaar laten nagaan of er wel of geen wijziging nodig is, is meestal wel genoeg.

Onderneming

Misschien zijn in het verleden huwelijkse voorwaarden opgesteld omdat een van de beide echtgenoten een bedrijf had. Uitgesloten werd toen dat alles binnen het huwelijk gemeenschappelijk eigendom werd, zodat het vermogen van de niet-ondernemende partner beschermd werd tegen een eventueel faillissement van de ondernemer.
Vroeger werd de zogenaamde “koude uitsluiting” vaak gebruikt als vorm van huwelijkse voorwaarden. Het effect was meestal dat de ondernemende partner aan het eind van het huwelijk welgesteld was en de andere echtgenoot, vaak de vrouw, weinig had (want die had toen zelden inkomen).

Zoals gezegd kan het nuttig zijn om de huwelijkse voorwaarden te laten checken. Bijvoorbeeld omdat er mogelijkheden zijn om deze zogenaamde koude uitsluiting te verzachten: afgesproken wordt dan in nieuwe huwelijkse voorwaarden dat de echtgenoten bij het eindigen van het huwelijk door echtscheiding of door overlijden gaan afrekenen alsof zij in gemeenschap van goederen gehuwd waren (verrekenbeding). Ook kunnen de echtgenoten een algehele gemeenschap van goederen laten ontstaan.
Het checken van de huwelijkse voorwaarden is ook nuttig als de ondernemende partner is gestopt met zijn bedrijf en geen onderneming meer uitoefent. Al het daaruit vrijkomende vermogen blijft immers eigendom van alleen deze echtgenoot. Als die rijkere echtgenoot overlijdt, valt dat hele vermogen in zijn nalatenschap en is in principe dat hele vermogen belast voor de erfbelasting. Bij deze situatie kan dan gedacht worden aan het wijzigen van de huwelijkse voorwaarden en het laten ontstaan van een algehele gemeenschap van goederen of het gaan afrekenen met elkaar alsof zij in gemeenschap van goederen gehuwd waren. In een gemeenschap van goederen of bij een dergelijk verrekenbeding zou slechts de helft van het vermogen in de nalatenschap vallen en vererven.

Het gevolg van het wijzigen van de huwelijkse voorwaarden met het beding om af te rekenen alsof je in gemeenschap van goederen gehuwd bent of door het laten ontstaan van een gemeenschap van goederen is dus dat bij overlijden erfbelasting bespaard kan worden.

Echtscheiding

Heeft u huwelijkse voorwaarden waarbij de vermogens gescheiden zijn en de eigen woning eigendom is van één van de echtgenoten? Ook dan kan het met een echtscheiding in het vooruitzicht goed zijn om de voorwaarden nog tijdens het huwelijk te wijzigen. Als de andere echtgenoot in de woning wil blijven wonen moet de woning immers aan deze echtgenoot worden toegedeeld zodat deze de nieuwe eigenaar wordt. De tijdige wijziging van de huwelijkse voorwaarden kan daardoor namelijk een besparing op de overdrachtsbelasting en/of schenkingsbelasting opleveren.

Wijzigen altijd verstandig?

Hiermee is niet gezegd dat het altijd verstandig is om de huwelijkse voorwaarden te wijzigen, dat verschilt per situatie. Het opheffen van huwelijkse voorwaarden heeft ook risico’s: een faillissement kan zich nog voordoen of schulden kunnen nog ontstaan in de toekomst. Ook een echtscheiding kan op de loer liggen.

Laat u dus goed informeren door een notaris. Wij zullen u hierover graag adviseren.

Schuldproblemen voorkomen met huwelijkse voorwaarden

U heeft er vast weleens over gehoord: sinds 1 januari 2018 trouwt u niet meer automatisch in algehele gemeenschap van goederen, maar in beperkte gemeenschap van goederen. Dit wordt soms ook wel ten onrechte aangeduid als trouwen ‘onder huwelijkse voorwaarden’. Dat is niet het geval. Ook nu de beperkte gemeenschap van goederen geldt, kan het opmaken van huwelijkse voorwaarden nuttig zijn. Onder huwelijk, echtgenoten en huwelijkse voorwaarden kan in dit artikel ook geregistreerd partnerschap, partners en partnerschapsvoorwaarden worden verstaan.

Beperkte gemeenschap van goederen

De beperkte gemeenschap van goederen houdt kort gezegd in dat de gemeenschap tussen echtgenoten bestaat uit het voorhuwelijkse gezamenlijke vermogen en het vermogen dat tijdens het huwelijk wordt opgebouwd, met uitzondering van (onder meer) verkregen erfenissen en schenkingen. In tegenstelling tot de algehele gemeenschap van goederen, die tot 1 januari 2018 gold, valt voorhuwelijks privévermogen niet in de gemeenschap. Dit kan voor mensen een reden zijn om geen huwelijkse voorwaarden meer op te maken. Toch kan het opmaken van huwelijkse voorwaarden zinvol zijn voor de bescherming tegen schuldeisers.

Gemeenschapsschulden en privéschulden

Naast gezamenlijke, voorhuwelijkse schulden vallen de schulden die tijdens het huwelijk worden aangegaan in beginsel in de gemeenschap, ongeacht of een dergelijke schuld door één van de echtgenoten of door beide echtgenoten gezamenlijk wordt aangegaan. Deze schulden noemen we gemeenschapsschulden. De wet regelt hierop een aantal uitzonderingen. Eén van deze uitzonderingen betreft schulden die betrekking hebben op goederen die buiten de gemeenschap vallen, zoals voorhuwelijks privévermogen van een van de echtgenoten. Privé blijven tevens de schulden die voor het aangaan van het huwelijk slechts door één van de echtgenoten zijn aangegaan.

Aansprakelijkheid en verhaal

Voor iedere schuld geldt dat degene die een schuld aangaat, de schuldenaar, aansprakelijk is en tot nakoming kan worden aangesproken. Voor privéschulden klinkt dit vanzelfsprekend. Voor gemeenschapsschulden kan dit misschien verwarrend klinken: een schuld kan in de gemeenschap vallen als deze door één van de echtgenoten is aangegaan, maar toch is slechts deze echtgenoot aansprakelijk. Een uitzondering geldt voor schulden die zijn aangegaan ten behoeve van de gewone gang van de huishouding. Daarvoor zijn beide echtgenoten aansprakelijk, ongeacht wie de schuld is aangegaan.

Los van de aansprakelijkheid staat echter de mogelijkheid van de schuldeiser om zich te verhalen. Een schuldeiser kan zich allereerst verhalen op het vermogen van de aansprakelijke schuldenaar. Voor echtgenoten met een beperkte gemeenschap van goederen geldt daarnaast een belangrijke regel, namelijk dat een schuldeiser zich ook kan verhalen op de goederen van de gemeenschap, ongeacht of het een gemeenschapsschuld of een privéschuld betreft. Deze regel heeft een belangrijk gevolg, namelijk dat het gezamenlijke vermogen van de echtgenoten niet zonder meer beschermd is tegen privéschuldeisers van één van de echtgenoten.

De wet kent echter een aantal voorzieningen om de positie van echtgenoten ten opzichte van schuldeisers enigszins te versterken.

Verhaal privéschulden

Als een schuldeiser van een privéschuld van één van de echtgenoten verhaal zoekt op gemeenschapsgoederen, dan heeft de andere echtgenoot allereerst het recht om privégoederen van de aansprakelijke echtgenoot, de schuldenaar, aan te wijzen indien die goederen voldoende verhaal kunnen bieden voor het voldoen van de schuld.

Daarnaast is de verhaalsmogelijkheid van de privéschuldeiser op gemeenschapsgoederen beperkt tot de helft van de waarde. De andere helft komt aan de andere echtgenoot toe en valt voortaan buiten de gemeenschap. De echtgenoot heeft twee mogelijkheden om dit te bewerkstelligen.
De eerste mogelijkheid is dat het gemeenschapsgoed waarop de privéschuldeiser verhaal zoekt, wordt verkocht, waarna de opbrengst voor de helft naar de privéschuldeiser gaat en voor de andere helft naar het privévermogen van de andere echtgenoot. De tweede mogelijkheid is dat de andere echtgenoot het goed met privégeld overneemt en de helft van de waarde betaalt aan de privéschuldeiser.

Wordt een privéschuld toch voldaan met vermogen uit de gemeenschap, dan heeft de echtgenoot, wiens privéschuld is voldaan, een plicht tot vergoeding tegenover de gemeenschap.

Huwelijkse voorwaarden

Het gemeenschappelijke vermogen van echtgenoten is niet zonder meer beschermd tegen privéschuldeisers. Hetzelfde geldt voor gemeenschapsschulden. Het privévermogen is niet volledig beschermd tegen schuldeisers van gemeenschapsschulden.

Door huwelijkse voorwaarden op te stellen waarin enige gemeenschap van goederen tussen echtgenoten wordt uitgesloten, is bescherming tegen de in dit artikel beschreven situaties mogelijk. Met een verrekenbeding kan een (beperkte) gemeenschap van goederen nagebootst worden. Daardoor kan hetzelfde resultaat worden bereikt met vorderingsrechten tussen de echtgenoten, en hebben schuldeisers niet de verhaalsmogelijkheden die zij hebben als de beperkte gemeenschap van goederen geldt.

Wilt u meer weten over de beperkte gemeenschap van goederen of over het al dan niet opstellen van huwelijkse voorwaarden? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.


Registratie in UBO-register binnen anderhalf jaar

De ondernemingen krijgen vanaf invoering van het register 18 maanden de tijd om hun UBO in te schrijven. De kamer van koophandel beheert het UBO register. Doel van het register is het tegengaan van financieel economische criminaliteit zoals witwassen, corruptie, belastingontduiking en fraude.

Een uiteindelijk belanghebbende is iemand die meer dan een kwart van alle aandelen in een vennootschap heeft, of meer dan een kwart van het stemrecht, of als je de feitelijke zeggenschap in een onderneming hebt.
De registratieplicht geldt onder meer voor besloten vennootschappen, naamloze vennootschappen, stichtingen, verenigingen, coöperaties, maatschappen vennootschappen onder firma, commanditaire vennootschappen, Europese vennootschappen, Europese economisch samenwerkingsverbanden en kerkgenootschappen.
De gegevens die worden opgeslagen in het UBO register zijn openbaar. Dat betekent dat van iedere UBO de voor en achternaam zijn op te vragen, geboortemaand en jaar, nationaliteit, woonstaat en de aard en omvang van het economische belang van de UBO.

Niet openbaar zijn gegevens die uitsluitend zijn op te vragen door daartoe bevoegde instanties, te weten het burger service nummer en het fiscaal identificatienummer, de geboortedag, geboorteland en plaats, het woonadres een kopie van een legitimatiebewijs en bewijsstukken waar het economische belang uit blijkt.

Zoeken in het UBO register kan uitsluitend op naam van de onderneming of rechtspersoon, op naam van de UBO zoeken kan niet. Voor het opvragen van informatie worden kosten in rekening gebracht.
Als iemand minderjarig is, onder curatele of bewind staat of politiebeveiliging heeft kan de UBO verzoeken om de openbare gegevens af te laten schermen.
Buitenlandse ondernemingen worden niet in het UBO register opgenomen, zij zullen zich moeten houden aan de wet en regelgeving in hun thuisland.
Naast dit UBO register gaat er ook nog een tweede UBO register komen voor in Nederland actieve trusts en voor fondsen voor gemene rekening.

De impact van het UBO register is voor het bedrijfsleven, vooral het MKB en familiebedrijven, best groot. Ineens ligt er heel veel informatie op straat. Wit u er meer over weten? Bel ons voor het maken van een afspraak.

KNB: Notarieel product moet meer zijn dan vraag-en-antwoordspelletje van Kruidvat

Voor 199 euro kan je sinds 24 augustus via de winkelketen een testament laten opmaken. Een samenlevingscontract gaat voor hetzelfde bedrag over de toonbank en een levenstestament kost 50 euro meer. Van Buitenen: ‘Deze akten zijn lang niet voor iedereen geschikt. Bovendien is het proces van een akte méér dan het aangaan van een digitaal vraag-en-antwoordspelletje.’

Klanten van de Kruidvat kunnen op de website een voucher bestellen. Met die voucher kunnen zij voor standaard testamenten, levenstestamenten en samenlevingscontracten terecht bij juridische dienstverlener Ligo. Die partij biedt al notariële diensten aan sinds 2015. Ligo wil met de Kruidvatactie de weg naar de notaris gemakkelijker maken. Volgens Nick van Buitenen is de kortste weg de beste weg. De drempel bij de notaris is laag. ‘Dit soort advertenties suggereren dat de dienst van de notaris altijd hetzelfde is. Dat klopt niet. De akte is de vastlegging van ieders persoonlijke wens. Ook voor het traject daar naar toe betaal je als klant. Vraag je meer (tijd, advies, dienst) dan krijg je meer en betaal je meer. Iedereen moet dat voor zichzelf bepalen, maar er is een minimum, want de notaris moet altijd voorlichten enbelehren.’

Niet voor iedereen

De software van Ligo genereert een conceptakte op basis van de antwoorden die de klant heeft gegeven. Deze akte wordt gecontroleerd en gepasseerd door een van de 12 notarissen waar Ligo mee samenwerkt. Kruidvat en Ligo maken op hun websites duidelijke dat hun diensten niet voor iedereen geschikt zijn. Als je geen Nederlands spreekt, kinderen wilt onterven, een onderneming hebt of een samengesteld gezin, kun je niet bij hen terecht en moet je direct naar de notaris.

Tijdelijk

In de actievoorwaarden van Kruidvat staat dat vouchers kunnen worden gekocht tot 30 november 2020 en worden verzilverd tot 31 december 2020. Het gaat dus voorlopig om een tijdelijke actie van Kruidvat. Aan het eind van het jaar evalueren Kruidvat en Ligo de samenwerking. Net als destijds bij de HEMA-notaris zal de KNB ook de werkwijze van de Kruidvat-notarissen kritisch volgen.

Effect testament of verblijvingsbeding verschilt bij overlijden samenwoonpartner

Er zit verschil in de uitkomst tussen de een en de ander. Met een verblijvingsbeding kan je regelen dat na het overlijden van een partner de gezamenlijke bezittingen automatisch op de achterblijvende partner overgaan. Dat is bij wet bepaald. In dat geval gaat ook de eigenwoningschuld van de overleden partner over op de langstlevende partner. Ook het aflossingsschema gaat mee in die overgang, als er sprake is van een fiscale aflossingseis.
Met een testament krijgt de achterblijvende partner het huis op grond van het erfrecht volledig in eigendom.

Een verblijvingsbeding heeft een voordeel en een nadeel ten opzicht van een regeling bij testament. Om met het nadeel te beginnen, het overgangsrecht voor bestaande eigenwoningschulden gaat niet over op de achterblijvende partner. Het voordeel echter is dat het aflossingsschema niet mee overgaat. De achterblijvende partner kan zelf kiezen om een nieuw aflossingsschema van maximaal dertig jaar te gaan volgen. De aflossing gaat dan minder snel zodat de maandelijkse lasten dalen.

De keuze voor de verblijvingsbeding of testament hangt af van het type eigenwoningschuld. Hebben jullie bestaande eigenwoningschulden, dan is een testament voordeliger. Geldt de fiscale aflossingseis, dan kan je beter uit de voeten met een verblijvingsbeding de voorkeur. Dat zijn overigens niet de enige criteria, er spelen meer factoren een rol.

Wil je meer weten over de passende keuze voor jullie? Bel ons voor het maken van een afspraak.