Levens)testamenten en huwelijkse voorwaarden belangrijk voor continuïteit onderneming

Als ondernemer bent u dag en nacht bezig met uw bedrijf, bezig met uw product of dienst. Ondernemen is ook vooruitzien, en dat niet alleen over uw product of dienst, maar ook over de continuïteit van uw bedrijf. Dat is niet alleen van belang in verband met mogelijk overlijden, maar ook met het niet meer kunnen functioneren vanwege een ongeval of ziekte. In een testament in combinatie met een levenstestament kunt u ook op deze vlakken vooruitziend ondernemer zijn. Tijdig zaken vastleggen over vermogensoverdracht is het devies.

Meestal wordt er pas nagedacht over nalatenschap als een ondernemer zijn of haar bedrijf gaat verkopen of overdragen. Dan moeten in korte tijd mogelijke keuzes voor testamenten, huwelijkse voorwaarden, schenkingen en nalatenschap tegen elkaar worden afgewogen. Zorgvuldigheid is onder tijdsdruk ver te zoeken en daarmee is de financiële toekomst zowel privé als zakelijk niet optimaal geregeld.

In de praktijk blijkt dat ondernemers rond hun zestigste een goedlopend bedrijf en een goed vermogen hebben opgebouwd. Terwijl testamenten en huwelijkse voorwaarden soms wel twintig tot veertig jaar oud zijn en op een heel andere situatie toegesneden. Bovendien zijn de fiscale regels nogal eens veranderd. Daar bovenop komt nog de vaak veranderde gezinssamenstelling. Het zijn stuk voor stuk argumenten om jaren daarvoor al na te denken over hoe het verder moet met de onderneming (verkoop/overdracht) en met de privé situatie: verdeling van vermogen, actualisering van testamenten, het opstellen van levenstestamenten, regelingen voor kinderen en kleinkinderen. Daarbij komt ook de vraag op uw bord of u wilt schenken (bij leven) of nalaten (verdeling pas na overlijden). Schenken bijvoorbeeld kan gunstiger voor u en voor de begunstigden uitpakken in verband met de jaarlijkse schenkingsvrijstelling en lage belastingtarieven. Dat scheelt uw erfgenamen een flink deel op de erfbelasting.

Bedrijfsoverdracht

Veel bedrijven zijn familiebedrijf. Bedrijfsoverdracht binnen de familie maakt het voorgaande extra complex. Nog een reden om vroeg te beginnen met nadenken en keuzes maken. Het gaat daarbij ook om het betrekken van de kinderen die niet de bedrijfsopvolger zijn.
Wat moet er gebeuren als u langdurig ziek wordt of zelfs wilsonbekwaam? Ook dat vraagt tijdige regeling en vastlegging van uw wensen en afspraken met betrokkenen.

Ons advies: Overweeg elke vijf jaar of de vastgelegde wensen en afspraken nog passen bij uw mogelijk veranderde situatie en toekomstplannen. Wilt u als ondernemer meer weten over bedrijfsoverdracht en nalatenschapsregelingen? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Vooruitbetaalde rente over periode na overlijden is aftrekbaar

De wet bepaalt dat bij een vooruitbetaling van hypotheekrente die overloopt in het volgende kalenderjaar mag worden afgetrokken in de aangifte van een intussen overleden belastingplichtige. De vraag is of dat ook geldt in situaties waarin er geen overloop is naar het volgende kalenderjaar. Daarover staat niets in de wet.

De Hoge Raad vindt het niet consistent dat bij kalenderoverschrijdende vooruitbetaling wel alle niet fiscaal afgetrokken rente alsnog in aanmerking komt voor aftrekt, maar dat die aftrekmogelijkheid er niet zouden zijn voor over één kalenderjaar vooruitbetaalde rente. In de praktijk betekent het echter dat er wel verschillen zijn in de toepassing van de aftrekmogelijkheden:

  1. Als de vooruitbetaalde rente betrekking heeft op de eerste zes maanden van het volgende kalenderjaar is die rente aftrekbaar in het jaar van betaling.
  2. Is de rente vooruitbetaald over een langereperiode dan zes maanden of bijvoorbeeld het hele volgende kalenderjaar, dan is die niet aftrekbaar in het jaar van vooruitbetaling, maar in het jaar waarop de vooruitbetaling betrekking heeft.
  3. Als de belastingplichtige overlijdt in de periode waarin de rente voor een periode betaald is die langer is dat zes maanden van het eerstvolgende kalenderjaar, dan is de rente aftrekbaar in het jaar van overlijden

Wilt u meer weten over regelingen waarmee u belasting kunt besparen, bijvoorbeeld schenkingen en testamenten? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Onderhandse lening eigen woning vergt jaarlijkse informatie aan fiscus

Wie een eigenwoninglening is aangegaan bij bijvoorbeeld familie, eigen BV of buitenlandse bank, is verplicht om jaarlijks in de aangifte inkomstenbelasting gegevens over de schuld aan de Belastingdienst te verstrekken. Doet u dat niet of niet tijdig dan ziet de fiscus de lening niet al eigenwoningschuld en heeft u geen recht op renteaftrek.

De informatieplicht heeft betrekking op de volgende gegevens:

  1. 1. de datum van aangaan van de schuld;
  2. 2. het startbedrag van de schuld;
  3. 3. de maandelijkse rentevoet;
  4. 4. de contractueel vastgelegde looptijd in maanden;
  5. 5. de contractueel vastgelegde wijze van aflossing;
  6. 6. de identiteitsgegevens van de geldverstrekker, waaronder het fiscale nummer.

Bij het verstrekken van de identiteitsgegevens wordt onderscheid gemaakt tussen zogenaamde administratieplichtigen en niet-administratieplichtigen. De eerste categorie – banken, verzekeraars e.a. – zijn bij wet aangewezen. Familie, eigen BV en buitenlandse banken zijn niet-administratieplichtigen. Om die reden ligt die verplichting bij u. De eerste groep niet-administratieplichtigen zijn natuurlijke personen (bijvoorbeeld familie). Heeft u de lening op die manier verkregen, dan moet u van die natuurlijke persoon de naam, het adres en het burgerservicenummer of, als die ontbreekt,, een hiermee vergelijkbaar fiscaal identificatienummer vermelden. De tweede groep niet-administratieplichtigen zijn rechtspersonen (bv of buitenlandse bank). Daarvan moet u de naam, het adres en een uniek nummer of fiscaal identificatienummer van de geldverstrekker vermelden.

De informatieplicht geldt sinds 2016. Bent u vergeten de informatie door te geven, dan heeft u daarvoor nog de tijd tot de aanslag onherroepelijk wordt of bij een tijdig bezwaar.

Er gelden nog aanvullende voorwaarden:

  1. • U mag de lening alleen gebruiken voor het kopen, verbouwen of onderhouden van uw huis of het afkopen van erfpacht.
  2. • De lening moet binnen 30 jaar annuïtair of lineair worden afgelost. Een lening afgesloten vanaf 1 januari 2013 moet annuïtair of lineair worden afgelost in 30 jaar.
  3. • De rente moet marktconform zijn.
  4. • U moet de rente echt betalen. Wordt het bedrag kwijtgescholden, ontstaat ook geen renteaftrek.
  5. • U mag geen fiscale partner van de geldverstrekker zijn, behalve als u zonder de geldverstrekker in het huis gaat wonen.

Wilt u meer weten over het opstellen van een onderhandse geldleningsovereenkomst/hypotheek? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Onverplicht nakomen finaal verrekenbeding doet vordering teniet

Huwelijkse voorwaarden bevatten soms een verrekenbeding waarvan de tekst inhoudt dat het beding alleen kan worden ingeroepen bij leven van beide partners. De bedoelde bepaling omvat dan de verplichting van echtgenoten om op eerste verzoek van een van hen – bij leven – de waarde van beide vermogens 50/50 te verdelen, alsof zij in gemeenschap van goederen waren getrouwd. Dat betekent dat het recht om verdeling te vorderen persoonlijk aan elk van de partners toekomt en niet voor vererving in aanmerking komt.

In zo’n situatie erfden kinderen van de vader uit diens eerste huwelijk zijn nalatenschap. De tweede echtgenote, met wie de vader deze huwelijks voorwaarden was overeengekomen, heeft bij de aangifte erfbelasting gemeld dat zij een verzoek had gedaan om de waarde van beide vermogens te delen zodat de kinderen een grote vordering op haar kregen. Toen zij vervolgens overleed ontstond een geschil tussen de kinderen en de fiscus. De belastinginspecteur stelde dat het verzoek niet bij leven van de man was gedaan en daarom niet kon worden gehonoreerd. De rechtbank ging echter met de stelling van de kinderen mee dat de vordering wel rechtsgeldig was.

Het Hof bleek er anders over te denken dan de rechtbank en stelde de fiscus in het gelijk en werd in cassatie gesteund door de Hoge Raad. In de huwelijkse voorwaarden was immers de verplichting opgenomen om alleen op verzoek van een van beide echtgenoten tot deling over te gaan hen. Echter dat verzoek kon de overleden ouder niet meer bereiken op het moment dat de langstlevende dat verzoek deed. Na het overlijden van de eerste echtgenoot was er volgens de Hoge Raad geen ruimte meer om het verrekenbeding toe te passen.

Wilt u meer weten over verrekenclausules in huwelijkse voorwaarden? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Bestuur en toezicht rechtspersonen per 1 juli aan strengere regels gebonden

Vanaf 1 juli 2021 gaan nieuwe regels gelden over tegenstrijdige belangen van bestuurders in stichtingen, verenigingen, coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen.

Bij sommige organisaties zijn deze voorschriften al in de staturen opgenomen, de overige moeten uiterlijk per 1 juli 2026 aan deze regels voldoen. Als een bestuurder of commissaris van een stichting, vereniging, coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij een tegenstrijdig belang heeft, mag hij of zij niet deelnemen aan een besluitvorming binnen bestuur of raad van commissarissen. Wij adviseren de nieuwe regels bij een eerstvolgende statutenwijziging mee te nemen.

Naast de tegenstrijdig belang regeling worden ook de aansprakelijkheidsregels aangescherpt. Echter, het wettelijk bewijsvermoeden van onbehoorlijk bestuur geldt vanaf 1 juli alleen voor stichtingen en verenigingen die vennootschapsbelasting moeten betalen en voor organisaties die een financiële verantwoording moeten opstellen, gelijkwaardig aan een jaarrekening.

De statuten moeten in de nieuwe situatie een regeling bevatten voor situaties van belet en ontstentenis van alle bestuurders (en alle commissarissen). Denk onder meer aan onverwacht defungeren, ontslag of langdurige ziekte, waardoor er geen overblijvende leden van bestuur of raad van commissarissen meer zijn. Voor deze situaties moet bij de eerstvolgende statutenwijziging een voorziening worden opgenomen, net zoals nu bij NV’s en BV’s al is geregeld.

De statuten moeten onder de nieuwe regels ook bepalingen bevatten ter voorkoming dat een bestuurder (of commissaris) meer stemmen kan uitbrengen dan de andere bestuurders (of commissarissen) samen.

Wilt u meer weten over de nieuwe regels voor bestuur en toezicht? Bel ons voor het maken van een afspraak


Multifunctioneel kerkgebouw verliest kerkenvrijstelling OZB

Het multifunctioneel maken van een kerkgebouw kan de OZB-vrijstelling voor kerken in gevaar brengen.
Kerkgebouwen in de verkoop, herbestemmen of multifunctioneel maken. In de media is er de afgelopen tijd veelvuldig aandacht aan besteed. De fiscus gaat bij de vaststelling voor de kerkenvrijstelling uit van een toerekening naar evenredigheid van het gebruik van elke afzonderlijke ruimte. Die toerekening is bepalend of aan de grens van 70% van de kerkenvrijstelling wordt voldaan.

Als de grote kerkzaal naast de zondagse diensten ook – op andere dagen – gemengd gebruikt wordt, moet deze ook voor het gedifferentieerde gebruik in aanmerking worden genomen. Het maakt ook niet uit dat de kerkzaal voor 80 tot 90% gebruikt wordt voor de openbare eredienst, het gebruik als geheel wordt meegenomen in de beoordeling van de 70%-grens

Wilt u meer weten over de regels voor kerkenvrijstelling voor de OZB? Bel ons voor het maken van een afspraak.


Investeerders kochten extra veel woningen op vanwege overdrachtsbelasting

(Bron: KNB) De verlaging van de overdrachtsbelasting per 1 januari zorgde er volgens het Kadaster voor dat particuliere investeerders december vorig jaar extra veel woningen verkregen. Bij kopers onder de 35 jaar, die vanaf 1 januari onder voorwaarden geen overdrachtsbelasting hoeven te betalen, was een tegenovergestelde trend te zien: zij stelden hun woningoverdracht juist uit tot begin dit jaar.

Particuliere investeerders betalen sinds 1 januari 8 procent overdrachtsbelasting. Dat was 2 procent. Veel van hen sloegen in de laatste maanden van 2020 nog hun slag door woningen eerder te kopen om zo nog te profiteren van het oude tarief. Daarmee stijgt ook hun aandeel in het aantal gekochte woningen in heel Nederland. In de 4 grote gemeenten – Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht – kochten zij de afgelopen 10 jaar 25 procent van de verkochte woningen. In heel Nederland is dat ruim 15 procent. In het laatste kwartaal van 2020 kochten zij 40 procent van de verkochte woningen in de grote steden. In heel Nederland was dit 30 procent.

Jonge kopers

Kopers onder de 35 jaar stelden hun woningoverdracht juist uit tot na de jaarwisseling om geen overdrachtsbelasting te hoeven betalen. In januari 2021 zijn 2 keer zo veel woningtransacties te zien als in januari 2020.

Hogere woningprijs

De particuliere investeerders en jonge kopers kunnen elkaar in de weg zitten. Toch blijkt uit eerder onderzoek van het Kadaster dat dit lang niet altijd het geval is. Wel leiden de vele aankopen door investeerders tot een hogere gemiddelde woningprijs.

1 april

Op 1 april verandert er wederom iets aan de overdrachtsbelasting. De vrijstelling van overdrachtsbelasting geldt vanaf dan alleen voor woningen die niet duurder zijn dan 400.000 euro. De leeftijdsgrens – jonger dan 35 jaar – blijft hetzelfde.

Doorgaand bedrijf mag crediteur eerder betalen dan fiscus

Bestuurders van ondernemingen mogen zelf weten de volgorde bepalen waarin zijn schuldeisers betalen. Een voorbeeld daarvan speelde onlangs voor de rechtbank Gelderland. Bij ontbinding van een vennootschap was er nog een fors bedrag aan loon- en omzetbelasting niet betaald aan de fiscus. Omdat de onderneming wek de crediteuren had betaald en een rekening-courantschuld had afgelost, vond de fiscus dat er sprake was van onbehoorlijk bestuur.

De rechter ging daarin niet mee. Reden daarvan was dat de bestuurder van de onderneming de betalingsonmacht tijdig had gemeld. Dat gegeven betekent dat in dit geval de fiscus als eisende partij aantonen dat het bestuur het bedrijf onbehoorlijk heeft bestuurd. Het vermeende onbehoorlijk bestuur moet er dan ook nog de oorzaak van blijken te zijn dat de belastingschulden onbetaald bleven.
De rechter stelt dat een bestuurder vrij is om zelf af te wegen welke schuldeiser als eerste betaald worden. Dat belastingschulden geen voorrang krijgen wordt pas onbehoorlijk bestuur als geen redelijk denkend bestuurder dat zou doen. Soms echter is de keuzevrijheid van een bestuurder om bepaalde schuldeisers al dan niet bij voorrang te betalen beperkter. Dat is bijvoorbeeld aan de orde als de vennootschap besluit de onderneming te beëindigen en nauwelijks meer liquide middelen heeft. Zolang de fiscus er niet in slaagt aan te tonen dat een dergelijk besluit is genomen voordat de betalingen zijn verricht, accepteert de rechter geen aansprakelijkstelling.

Wilt u meer weten over de positie en aansprakelijkheid van bestuurders van een onderneming? Bel ons voor een afspraak.

Besluiten Vereniging van Eigenaars niet altijd rechtsgeldig

Soms verleent een vergadering van de Vereniging van Eigenaars van een appartementencomplex aan de eigenaren van een bepaald appartement het uitsluitend gebruiksrecht van een gedeelte van de gemeenschappelijke tuin van het complex. Meestal komt het er dan op neer dat andere bewoners alleen met toestemming van de gebruikers het desbetreffende deel van de tuin mogen betreden. Wat nu als een dergelijk besluit niet met unanieme (alle) stemmen door de vergadering van de VVE is genomen?

Het wachten is dan op het moment dat een van de mede-eigenaars het niet eens met deze gang van zaken en naar de rechter stapt. De rechtbank Overijssel boog zich onlangs over een dergelijke zaak. Deze oordeelde dat het besluit van de VvE nietig en dus ongeldig is. Het toekennen van een exclusief gebruiksrecht vereist een wijziging van de splitsingsakte. Het in exclusief gebruik geven van gemeenschappelijke gedeelten van het appartementencomplex aan een individuele appartementseigenaar heeft namelijk goederenrechtelijke gevolgen. Dat wil in dit geval zeggen dat de overige eigenaren worden beperkt in hun rechten op het gemeenschappelijke eigendom en dit ook niet meer vrij en onbezwaard kunnen overdragen aan derden.
Dit zou anders kunnen zijn als het slechts om een tijdelijke situatie gaat die zich eenvoudig leent voor herstel. Dat was hier klaarblijkelijk niet het geval en niet voldoende gesteld of gebleken. Nu het besluit door de vergadering als aangenomen is aangemerkt zonder dat daarbij rekening is gehouden met een wijziging van de splitsingsakte en wettelijke voorschriften, is het besluit genomen in strijd met de wettelijke bepaling die de totstandkoming van dit soort besluiten regelt en dus nietig.

Het wijzigen van een akte van splitsing is een ingewikkeld proces waarbij doorgaans een grotere meerderheid van de stemmen dan de helft plus 1 nodig is. Deze voorwaarden zijn te vinden in de desbetreffende akte van splitsing. Kortom als het wenselijk is iets te wijzigen binnen een VVE neem dan (als bestuur) eerst contact met ons op. Wij zijn specialist bij uitstek op het gebied van appartementsrechten. Als het bestuur van de VVE in de casus zoals hiervoor omschreven zich vooraf had laten informeren door de notaris dan had een dure en langdurige rechtbankprocedure voorkomen kunnen worden.

Wilt u meer weten over de haken en ogen bij het nemen van besluiten door de VVE? Bel ons voor een afspraak.


Turboliquidatie Besloten Vennootschap alleen bij ontbreken van baten

Het ontbinden van een besloten vennootschap kan praktisch op een aantal manieren worden vormgegeven. Allereerst zal er een besluit tot ontbinding genomen moeten worden. Nadat het besluit tot ontbinding is genomen wordt tot vereffening overgegaan, als blijkt dat er geen baten zijn dan houdt de besloten vennootschap gelijk op te bestaan (turboliquidatie).

Als er wel baten zijn, dan moet er worden vereffend. Er moet dan rekening en verantwoording en een plan van verdeling worden gemaakt. Verder bestaat de verplichting te adverteren dat er een rekening en verantwoording en een plan van verdeling is opgemaakt.
Zijn er onvoldoende baten, dan dient er aangifte tot faillietverklaring te worden gedaan, tenzij alle schuldeisers instemmen met vereffening buiten faillissement.

In een recent gewezen zaak was in de vorm van een turboliquidatie overgegaan tot ontbinding van een besloten vennootschap. De directeur grootaandeelhouder was vergeten dat de besloten vennootschap nog eigenaar was van een onroerende zaak (Kantoor/woning).
In het kader van de verkoop van de onroerende zaak werd aan de rechtbank het verzoek voorgelegd om de besloten vennootschap te doen herleven met het oog op de heropening van de vereffening. Door de turboliquidatie is de besloten vennootschap immers ontbonden en uitgeschreven uit het handelsregister.

Nadat de rechtbank de vereffening heeft heropend, vernietigt het hof de beschikking van de rechtbank, nu uit gepubliceerde jaarrekeningen blijkt dat duidelijk was ten tijde van de turboliquidatie dat de besloten vennootschap nog eigenaar was van die onroerende zaak en dat er om die reden vereffend had moeten worden. De besloten vennootschap is derhalve altijd blijven bestaan en voor heropening van de vereffening is derhalve geen plaats.

Wilt u meer weten over de turboliquidatie van een vennootschap? Bel ons voor het maken van een afspraak.