Uw kinderen belangrijk genoeg om voogdij te regelen


Volgens de Nederlandse wet moet elke minderjarige onder gezag staan. Dat gezag houdt in dat er één, maar meestal twee personen verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van een kind. In de meeste gevallen berust dit gezag bij de ouders. Dit “ouderlijk gezag” hebben de ouders in bijna alle gevallen samen tijdens hun huwelijk of samenwoning. Na scheiding geldt dat tegenwoordig meestal ook. Dit staat bekend onder de naam “co-ouderschap”.

 

Maar hoe zit dat nou als de ouders er niet meer zijn? In zo’n geval benoemt de rechter een voogd over de kinderen. De rechter luistert daarbij naar de familie van de kinderen en naar de kinderen zelf als deze ouder dan 12 jaar zijn. Verder krijgt de rechter advies van instanties voor jeugdzorg/kinderbescherming.

Op basis van alle informatie die daaruit komt neemt de rechter een beslissing en wordt iemand als voogd over uw kinderen aangewezen.

In eigen hand houden

Dat betekent dus dat u niet zeker weet wie na overlijden van u en uw partner de verantwoordelijkheid voor uw kinderen gaat krijgen. Wie gaat erop letten dat ze op tijd naar bed gaan, gezond eten, naar school gaan, met geld leren omgaan enzovoort? Kortom, wie neemt in dat geval de zorg voor uw kinderen over?

In Nederland vinden we het belangrijk dat dit goed geregeld is. Zo belangrijk zelfs, dat de mogelijkheid bestaat om zelf te bepalen wie de zorg voor uw kinderen krijgt na uw overlijden. Dat is trouwens helemaal niet ingewikkeld. Het enige dat u daarvoor hoeft te doen is bij ons een voogd van uw eigen keuze voor uw kinderen aan te wijzen en te laten vastleggen. Dat kan door een testament te maken. Het voordeel daarvan is dat u daarin ook andere dingen voor na overlijden kunt vastleggen. Maar de voogd kan ook worden aangewezen in een akte die alleen maar over de voogdij gaat.

 

Degene die u als voogd wilt aanwijzen hoeft op dat moment niets te doen. Hij of zij hoeft geen handtekening te zetten en geen toestemming te geven. De beoogde voogd hoeft strikt genomen zelfs helemaal niets van de voogdbenoeming te weten! Hoewel het natuurlijk wel verstandig is om vooraf aan de door u gewenste voogd te vragen of hij/zij dat wel wil en kan.

Met zo’n voogdbenoeming kunt u eventueel ook een aantal persoonlijke wensen laten vastleggen. Bijvoorbeeld of u vindt dat uw kinderen bij elkaar moeten blijven. Of dat iemand anders dan de voogd verantwoordelijk wordt voor de financiën van uw kinderen. Daarnaast is het mogelijk om niet één, maar twee personen als voogd aan te wijzen.

 

Uw kinderen zijn belangrijk genoeg om de voogdij te regelen. Voor u is het daarbij goed om alle informatie te hebben over wat kan en wat niet kan. Wij weten er gelukkig alles van. Wilt u meer weten of een afspraak maken? Bel ons of gebruik onderstaande mogelijkheid zodat wij contact met u kunnen opnemen.

Schuld meerinbreng bij koop huis wel of niet in gemeenschap van goederen

Onder de nieuwe wettelijke huwelijksgoederenregels valt de vordering niet in de beperkte gemeenschap van goederen, maar de schuld wel. Dat kunt u voorkomen met huwelijkse voorwaarden en daarin weliswaar de beperkte gemeenschap overeenkomen, maar ook regelen dat de betreffende schuld buiten de gemeenschap valt. Het ministerie van Financiën heeft op dit onderdeel bepaald dat er in dit geval geen sprake is van schenking.

 

Wilt u meer weten over het (deels) afwijken van de wettelijke beperkte gemeenschap van goederen? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Vergoeding aan pachter na onteigening gepacht perceel alleen op basis van de wet

De Hoge Raad boog zich in een cassatieprocedure over de vraag of de pachter vermogensschade lijdt door beëindiging van de pachtovereenkomst door onteigening, nu de pachter de in de regio gebruikelijke vergoeding tussen afgaande en opkomende pachter van € 1,00 per m2 misliep.

De rechter in eerste aanleg oordeelde dat er rekening moet worden gehouden met deze vermogensschade en dat deze moet worden vergoed aan de pachter.
De Hoge Raad heeft echter beslist dat de pachter geen vermogensschade leed omdat een pachter geen rechthebbende op een onteigende zaak is vanwege het feit dat een pachtrecht geen beperkt zakelijk recht is dat afzonderlijk kan worden onteigend. Wel kan het mislopen van de voormelde vergoeding mogelijk inkomensschade opleveren, indien de schade in redelijkheid als een gevolg van de onteigening kan worden aangemerkt. Echter kan de schade alleen op basis van een wettelijke regeling die speciaal hiervoor geldt worden bepaald. Bij de vaststelling daarvan wordt gekeken naar de toestand waarin de pachter zou worden gebracht als de onteigening buiten beschouwing zou blijven. Bij vaststelling van de vergoeding tellen echter ook de voordelen mee die de pachter bij onteigening eventueel heeft genoten.

Wilt u meer weten over overdracht van pacht en de gevolgen daarvan? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Voorkom onderbewindstelling met levenstestament


U kunt in uw levenstestament ook nadrukkelijk opnemen dat u niet onder curatele wilt worden gesteld of dat er bewind over uw goederen wordt ingesteld. Als er dan ooit verschil van mening zou ontstaan over de wenselijkheid toch bewind over uw vermogen in te stellen, geeft u met het levenstestament de rechter een duidelijk instrument in handen om dergelijke verzoeken af te wijzen.

 

ilt u meer weten over het maken van een levenstestament en de vele wensen die u daarin kunt laten vastleggen? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Verwarring over percentage overdrachtsbelasting zorgvastgoed

Vastgoed geldt als woning als die voor bewoning is ontworpen en gebouwd, dan wel na een verbouwing tot een andere bestemming weer eenvoudig tot woning kan worden gemaakt. Dit uitgangspunt is leidend bij de vaststelling van het percentage overdrachtsbelasting. De Hoge Raad heeft uitgesproken dat het lage tarief geldt voor bouwwerken die naar hun aard bestemd zijn voor bewoning. Als de aard niet helemaal duidelijk is, is het ook mogelijk dat publiekrechtelijke eisen of beperkingen medebepalend worden.
 
De verwarring is vooral aan de orde bij verzorgings- en verpleeghuizen voor langdurige zorg. Die zijn ontworpen en gebouwd voor bewoning, waarmee het 2%-tarief van toepassing zou zijn. De belastingdienst gaat echter op grond van haar algemene regels vaak uit van het 6%-tarief, wat er toe leidt dat in veel gevallen veiligheidshalve 6% wordt toegepast.
 
Veel deskundigen vinden dit een onjuiste gang van zaken. Zij stellen dat algemene ruimten, zoals gezamenlijke huiskamers, keukenvoorzieningen, sanitaire ruimten, gangen en ingang tot het woondeel behoren en gebouwd zijn voor bewoning. Dat deel moet onder het 2%-tarief vallen. Dat geldt niet voor specifieke ruimten zoals een kantoor, kapsalon of fysiovoorziening. Dat zijn bedrijfsruimten en vallen on het 6%-tarief. Het meeste zorgvastgoed is bedoeld als woning, zodat daar 2% overdrachtsbelasting van toepassing is.
 
Wilt u meer weten over de toepassing van het tarief voor overdrachtsbelasting in uw situatie? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Zakelijke motieven leidend bij splitsing onderneming

De splitsingsfaciliteiten zijn bedoeld om ondernemers in staat te stellen dergelijke structuurwijzigingen zonder heffing van vennootschapsbelasting, inkomstenbelasting en overdrachtsbelasting te laten verlopen. Wilt u de faciliteiten toepassen, moet u wel aan voorwaarden voldoen.

Een van die voorwaarden is dat de splitsing moet zijn ingegeven door zakelijke motieven, die moeten de hoofdmoot van de motieven vormen. Daarom is het van belang om toepassing altijd eerst met de fiscus af te stemmen.

 

Zo diende vorig jaar een zaak voor de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarin uiteindelijk de splitsingsfaciliteit in de vennootschapsbelasting wel werd toegekend, maar die in de overdrachtsbelasting niet. Dat kwam omdat de aandelen van de afgesplitste vennootschap binnen drie jaar na de splitsingsdatumwaren verkocht. Daarmee vervielen in dit geval de zakelijke overwegingen die ten grondslag lagen aan de splitsing. Dit kan anders zijn indien het tegendeel kan worden aangetoond. Het enkele feit dat de splitsing plaats vindt in het kader van een verkoop van een gedeelte van een onderneming is voor de rechtbank niet voldoende om zakelijke motieven aan te nemen.

 

Wilt u uw onderneming gaan overdragen en voorziet u daarbij een splitsing? Weet dan dat de Belastingdienst scherp kijkt of de motieven voor splitsing echt zakelijk zijn dan wel alleen de schijn wekken dat te zijn. Wilt u hier meer over weten? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Erfenis naar kleinkinderen in plaats van naar kinderen

De wettelijke regeling is dat een erfenis aan de langstlevende partner toekomt en de kinderen een vordering op de langstlevende ouder krijgen. In de praktijk zien notarissen dat veel grootouders hun kleinkinderen een geldlegaat toekennen. Dat is een in het testament vermeld bedrag en kan de te betalen erfbelasting verminderen. Die vermindering wordt veroorzaakt doordat zowel kinderen als kleinkinderen een vrijstelling van € 20.731 (2018) per persoon hebben.

 

Wie ervoor kiest om kleinkinderen een legaat toe te kennen en verder niks regelt, kiest er als gevolg daarvan ook voor dat alle kinderen een even groot deel van hun erfenis daarvoor inleveren. Dat komt soms bij kinderen als onrechtvaardig over, zij moeten dan immers meebetalen aan de legaten voor alle kinderen, ook die van broers en zussen. Ons advies is dan om de legaten aan kleinkinderen expliciet per gezin vast te leggen in het testament. Zo komen de legaten aan de kleinkinderen alleen voor rekening van het erfdeel van hun ouder, en blijft de omvang van de erfdelen van de overige kinderen van de erflater ongemoeid.

 

Wilt u meer weten over het verminderen van erfbelasting door ook uw kleinkinderen te betrekken in uw nalatenschap? Bel ons vor het maken van een afspraak.

Samenwonen zonder samenlevingsovereenkomst is voor eigen risico

Het Hof Den Bosch werd onlangs weer geconfronteerd met een dergelijke zaak. De man heeft gedurende de samenwoning alle premies betaald van de levensverzekering die was gekoppeld aan een gezamenlijke hypotheekschuld. Hij had ook een flink bedrag in de gezamenlijke woning geïnvesteerd. Nu, aan het einde van de rit, wilde hij geld zien van zijn inmiddels ex-partner.

Uit de stukken bleek echter dat hij in staat was gesteld om carriere te maken en inkomen op te bouwen, gedurende welke tijd zijn partner voor het huishouden en de kinderen zorgde. De man betaalde dan ook de premies op de polis waarin beiden verzekerden en begunstigden zijn. Omdat dit gedurende lange tijd zo is geweest, ging de rechter uit van een stilzwijgende overeenkomst op dat terrein, althans wat betreft de levensverzekering en de hypotheekrente. Rekening man dus.

 

Bij de investering en de aan de hypotheeklening gekoppelde polis ligt dat genuanceerder. De waarde van de polis wordt bij de waarde van het huis opgeteld. Minus de hypotheekaflossing blijft er een bedrag over dat kleiner is dan de investering die de man ooit gedaan heeft. Dat weliswaar kleinere bedrag kan vanuit de gemeenschap aan de man ten goede komen. Hij lijdt dan nog steeds een verlies. Zonder samenlevingsovereenkomst is er echter geen grond – behalve redelijkheid en billijkheid – waarop de man iets van zijn ex-partner kan vorderen.

Het Hof ziet in dit geval ook redelijkheid en billijkheid niet als grond. Partijen hebben ooit afgezien van het aangaan van een samenlevingsovereenkomst. Daarin wordt meestal opgenomen dat bij een gezamenlijke woning, de partner die meer heeft bijgedragen dan de ander een vordering op die ander heeft voor de helft van het verschil. Hadden partijen dat wel gedaan, dan zou elk van hen voor de helft delen in de waardeschommeling (zowel winst als verlies). De keuze om zonder samenlevingsovereenkomst samen te wonen is een keuze van partijen en daarmee voor hun eigen risico

 

Wilt u meer weten van het voorkomen van dit soort geschillen en risico’s in een goed samenlevingscontract? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Veilig ouder worden heeft alles te maken met geld en zeggenschap

Wat er moet gebeuren na overlijden, is meestal wel geregeld in een testament. De wensen die u daarin vastlegt, moeten door de nabestaanden worden gerespecteerd en uitgevoerd. Als u echter bij leven onverhoopt niet meer in staat bent om zelfstandig uw wil te bepalen of te uiten, dan heeft u de mogelijkheid om iemand anders dat voor u te laten verzorgen. Iemand die uw volledige vertrouwen heeft. Zowel in het eerste geval als in het tweede geval is het raadzaam iemand een volmacht te geven om uw nalatenschap af te wikkelen dan wel uw zaken en belangen te behartigen.

 

Voor de nalatenschap regelt u een dergelijke volmacht in uw testament, bijvoorbeeld met de benoeming van een executeur. Voor het geval u bij leven wilsonbekwaam wordt, kunt u dat geregeld hebben in een algehele volmacht. Dat geeft echter minder mogelijkheden dan een levenstestament. Met een levenstestament kunt u de regie houden over wat er met u en uw bezit gebeurt. U kunt er concreet en specifieker dan in een algehele volmacht in vastleggen wat in welke situaties moet gebeuren. U kunt er ook iemand in benoemen die daarop moet gaan toezien of dat moet gaan regelen.

 

In een levenstestament kunt u praktische zaken regelen, van verzorging van een huisdier tot beheren van social media accounts. U kunt er ook belangrijke zaken in regelen over doorbehandelen ingeval van ernstige ziekte, of andere zware beslissingen.

Kortom, met een levenstestament en met een testament houdt u zelf de regie in handen. In het levenstestament over uw bezit en uw wil, in een testament over uw nalatenschap.

 

Wilt u meer weten over het vastleggen van uw wensen in een levenstestament of testament? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Vergoedingsrecht bij beëindiging samenwonen meestal niet geoorloofd

Met de afspraak wordt aan een van beide partners een in tijd oplopende boete opgelegd voor het geval de samenwoning wordt verbroken. Is er dan sprake van een onzedelijk beding of valt de afspraak onder de contractvrijheid van samenwonende meerderjarigen. Beiden wisten immers wat zij ondertekenden.

 

In een zaak voor de rechtbank Rotterdam kwam de aap uit de mouw. De man kreeg door de samenwoning een verblijfsvergunning voor een jaar, reden voor de vrouw om het gewraakte samenlevingscontract te sluiten. Daarmee wilde zij voorkomen dat hij na vijf jaar, als zijn verblijfsvergunning was omgezet naar onbepaalde tijd, zou vertrekken.

Het beding is volgens de rechter in strijd met de vrijheid van de man zelfstandig te beslissen over het samenwonen met de vrouw. Een beslissing daarover hoort in volle vrijheid te kunnen worden genomen. Bovendien was in dit geval te verwachten dat de man het vergoedingsbedrag nooit zou kunnen betalen. Daarmee was het beding nietig.

 

Een vergoedingsbeding is op zichzelf niet ongeoorloofd is. Het gaat om het motief dat bij de afspraak van toepassing was. Als een motief zou ontbreken, zou een dergelijk beding mogelijk wel geoorloofd kunnen zijn.

 

Wilt u meer weten over de houdbaarheid van afspraken in een samenlevingscontract? Bel ons voor het maken van een afspraak.