Misbruik van recht bij aanpassing huwelijkse voorwaarden

Wie in het zicht van een overlijden nog snel de huwelijkse voorwaarden maakt of aanpast, loopt het risico om teruggefloten te worden door de rechter op grond van misbruik van recht, officieel “fraus legis” genoemd.

Zo lijkt het bijvoorbeeld voor partners die in gemeenschap van goederen getrouwd zijn aantrekkelijk om bij naderend overlijden van een van hen, die persoon in huwelijkse voorwaarden voor het overgrote deel gerechtigd te maken in de bezittingen en schulden van de gemeenschap. Zij hopen daarmee dat deze “schenking” niet door de fiscus niet belast zal worden.

Het principe is namelijk dat het aangaan van de huwelijkse voorwaarden niet leidt tot een vermogensverschuiving tussen de echtgenoten op grond waarvan een schenking of gift kan worden aangenomen. Beide echtgenoten zijn immers op grond van de gemeenschap van goederen al voor het geheel gerechtigd tot de huwelijksgemeenschap. Het gaat pas wringen als een dergelijke aanpassing kort voor – en met het oog op – het overlijden van een partner wordt uitgevoerd. In dergelijke gevallen wordt het aangaan van de huwelijkse voorwaarden gezien als vooral ingegeven om erfbelasting te voorkomen, omdat er gelet op de situatie geen sprake is van enigszins gelijke sterftekansen. Dan is er sprake van sprake van een schenking binnen 180 dagen vóór het overlijden en is schenkbelasting verschuldigd.

Wilt u meer weten over het aangaan of aanpassen van huwelijkse voorwaarden in relatie tot schenk- of erfbelasting? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Geruisloos doorschuiven voor de inkomstenbelasting gebonden aan voorwaarden

Als u uw onderneming verkoopt of staakt (stopt) dan moet er met de fiscus worden afgerekend over de stakingswinst. Stakingswinst is het verschil tussen de boekwaarde van de onderneming en de werkelijke waarde op moment van staken van de onderneming.

In een aantal gevallen kan je het betalen van belasting over de stakingswinst uitstellen. Dat noemen we doorschuiven, de fiscale claim wordt doorgeschoven naar de volgende belastingplichtige – die dan gaat afrekenen als hij of zij de onderneming staakt. Meestal vertaalt zich dat in een lagere overnameprijs. Immers, er zit nog een belastingclaim op de overgenomen onderneming.

De doorschuiffaciliteit kan worden gebruikt bij echtscheiding of overlijden van uw partner, het overdragen aan een medeondernemer of werknemer, bij inbreng in een besloten vennootschap of het overlijden van uzelf. Als u gebruik wilt maken van de doorschuiffaciliteit moet u wel voldoen aan alle daarvoor geldende voorwaarden, zoals een dienstverband of samenwerkingsverband van meer dan drie jaar.

Om gebruik te maken van de doorschuiffaciliteit moet de faciliteit bij aangifte door beide partijen worden verzocht. Onlangs was aan de orde hoe en of er nog op al dan niet gedaan verzoek kon worden teruggekomen. Nu de wetgever niet in een antwoord op die vraag heeft voorzien was het aan de rechter om uitspraak te doen.

De rechter besloot dat op grond van de aard en de werking van de faciliteit op het al dan niet doen van een verzoek kan worden terug gekomen zolang de aanslag voor één of meer van de stakende ondernemers of overnemende ondernemers nog niet definitief vaststaat. Staat minimaal een van de aanslagen definitief vast dan kan op de keuze voor de geruisloze overdracht niet meer worden teruggekomen.

Wilt u meer weten over het doorschuiven van de belastingclaim bij verkoop of staking van uw onderneming? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Zonder zorgplicht in notarieel samenlevingscontract geen belastingvrijstelling

Samenwoners die geen onderlinge zorgplicht regelen in hun samenlevingscontract, maar dat buiten de notaris om zelf willen regelen, kunnen van een koude kermis thuiskomen. Dat kan bijvoorbeeld betekenen dat zij bij schenkingen door ouders buiten de anders geldende belastingvoordelen vallen.

Dat blijkt uit een recente uitspraak van het Amsterdamse Gerechtshof. De samenwoners hadden wel een samenlevingscontract, maar daarin uitdrukkelijk geen regeling getroffen of vastgelegd over de manier waarop zij afzonderlijk zullen bijdragen in de kosten van de gemeenschappelijke huishouding. Zij wilden dit buiten de akte en de notaris om regelen.

Een voorbeeld waarin dat helemaal fout kan gaan is wanneer een van de partners ouder is dan 40 jaar en de ander jonger. In de wet is geregeld als de partner ouder dan 40 jaar een schenking krijgt van zijn of haar ouders, dat er toch belastingvrijstelling kan worden toegekend als de andere partner jonger is dan 40 jaar. De voorwaarde om in aanmerking te komen voor de belastingvrijstelling is dat er een onderlinge zorgplicht is vastgelegd in een notarieel samenlevingscontract. Als die zorgplicht niet in een notarieel samenlevingscontract is vastgelegd, gaat die vrijstelling niet op.

De wetgever heeft voor de eis van vastlegging in een notarieel samenlevingscontract gekozen omdat dit goed handhaafbaar en controleerbaar is.

Wilt u meer weten over deze en andere voordelen van een notarieel samenlevingscontract? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Afspraken maken over verbouwingskosten tijdens samenwonen

Veel samenwoners hebben samen een huis. Bij verbouwingen worden de verbouwingskosten niet altijd op basis van vooraf gemaakte afspraken betaald. Bij het beëindigen van de relatie kan dat voor een van beide partners behoorlijk nadelig zijn, vooral als partners zonder schriftelijke afspraken samenwonen.

Ook in een samenwoonrelatie is niet alleen de emotionele, maar ook de juridische basis het hebben van een affectieve relatie. Die juridische basis betekent dat de vermogensrechtelijke verhouding van beiden tot elkaar bepaald wordt door het zogenaamde algemene verbintenissenrecht. Echter, de regels die in de wet zijn opgenomen ten aanzien van de vermogensrechtelijke relatie tussen gehuwde en geregistreerde partners zijn niet van toepassing op samenwoners.

Samenwoners kunnen gelukkig wel uitdrukkelijk (schriftelijke overeenkomst) of stilzwijgend een overeenkomst tot stand brengen waarin ook de vermogensrechtelijke aspecten van hun samenleving worden geregeld.

Zonder een dergelijke overeenkomst is het ook mogelijk dat een van partijen, als er sprake is van ongerechtvaardigde verrijking, aanspraak heeft op teruggave of vergoeding van uitgaven aan of ten gunste van de andere partner. Zelfs kan het zonder expliciet vergoedingsrecht ook op basis van regels over redelijkheid en billijkheid toch nog een vergoedingsrecht ontstaan.

Bij een investering uit privévermogen bepaalt de wet dat deelgenoten ieder een gelijk aandeel in de gemeenschap hebben, tenzij hun rechtsverhouding anders meebrengt. Bij verdeling van de gemeenschap hebben partners recht op vergoeding door de gemeenschap van het bedrag dat hij of zij uit eigen vermogen voor de aankoop heeft ingebracht.

Bij verbouwing is dat anders. Om voor vergoeding van de privé investering in aanmerking te komen moeten partners onderlinge afspraken hebben gemaakt over de kosten van de huishouding, de kosten voor de verbouwing en dergelijke. Het is dan niet van belang of beiden hebben geleefd alsof er één vermogen was. Zonder rechtsgrond (overeenkomst) is er geen aanspraak, geen recht op vergoeding.

Wilt u meer weten over het regelen van uw rechten bij privé investeringen in een samenwoonrelatie? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Risico’s voor samenwoners aan en/of rekening

Soms laten samenwoners al hun financiële verkeer via een en/of rekening lopen, zonder dat zij nog eigen betaal- of spaarrekeningen aanhouden. Dat kan tot flinke problemen leiden als zij uit elkaar gaan. De vraag is dan namelijk van wie welk deel van het saldo is als een van beiden meer aan het saldo heeft bijgedragen dan de ander.

Het Gerechtshof heeft hier antwoord op gegeven in een zaak waarin alle inkomsten en uitgaven via de en/of rekening verliepen en er werd gespaard op een gezamenlijke spaarrekening. Niet werd bijgehouden in welke verhouding partners hieraan bijdroegen. En op welk deel van het overschot voor wie zou zijn. Dat alles gebeurde wel binnen de kaders van het samenlevingscontract, namelijk bijdragen naar rato van ieders inkomen.

Wat echter ook in het samenlevingscontract was opgenomen is de afspraak dat zij ieder voor de helft gerechtigd zijn in het saldo van de rekeningen. Dat is een praktische bepaling waarmee moeizame jaarlijks verrekeningen achterwege kunnen blijven. De keerzijde is dat bij ongelijke inbreng het meerdere boven de kosten van huishouding ook gezamenlijke eigendom wordt en aan elk van de partners voor de helft toekomt.

Wilt u meer weten over het uitsluiten van dergelijke risico’s in een samenlevingscontract? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Nieuwe Omgevingswet maakt aankoop woning veel duurder

(Bron KNB) Volgens Annerie Ploumen, voorzitter van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) wordt het voor kopers, notarissen en makelaars moeilijker de nodige informatie over een woning te achterhalen. Dit komt door de nieuwe Omgevingswet. Deze zorgt voor een stijging van kosten. Zij schreef dit in het Financieele Dagblad (FD) van maandag 31 januari.

Doel van de Omgevingswet is versnippering tegengaan van verschillende wetten voor ruimtelijke ordening. Deze wetten zijn van belang bij onder meer de overdracht van vastgoed. Ploumen ziet dat het door de nieuwe Omgevingswet juist veel moeilijker wordt te achterhalen of een gebouw een monument is of dat de grond waarop een woning staat, vervuild is. Deze publiekrechtelijke beperkingen worden nu nog bijgehouden in de Basisregistratie Kadaster, maar straks deels overgeplaatst naar het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Zo raakt de informatie verdeeld over 2 systemen, die ook nog eens ondergebracht zijn bij verschillende overheidsinstanties naast het Kadaster.

Meer kosten

Ploumen vreest dat de informatiepositie van de burger hierdoor verslechtert. Dienstverleners, zoals notarissen en makelaars, zijn ook nog eens meer tijd kwijt aan het bij elkaar krijgen van de juiste informatie. Hierdoor nemen de kosten voor kopers van vastgoed onnodig toe. Volgens Ploumen moet de minister gemeenten de opdracht geven om dergelijke beperkingen apart te laten registreren oftewel te annoteren. Door annotatie verplicht te stellen, kunnen dit soort beperkingen – zoals dat nu ook het geval is – worden geraadpleegd via de Basisregistratie Kadaster.

Kamervergadering

Op 10 februari vergadert de vaste Kamercommissie voor Binnenlandse Zaken met minister Hugo de Jonge over de Omgevingswet.

Regels bij omzetting van een stichting in een besloten vennootschap

Soms kan het verstandig of handig zijn een al bestaande stichting om te zetten in een besloten vennootschap. Dat kan een gevolg zijn van gewijzigd beleid, veranderende omstandigheden of een gevolg van in het verleden gemaakte keuzes. Omzetten van een stichting in een besloten vennootschap mag pas na verkregen rechterlijke machtiging. Soms is een rechtspersoon, bijvoorbeeld een stichting, bij uitsluiting bevoegd die machtiging te vragen, onder overlegging van een ontwerp van de akte waarbij tot omzetting wordt besloten.

Naast het aanvragen van de machtiging het ontwerp van de akte ook een regeling bevatten waaruit blijkt dat bij de omzetting het vermogen van de stichting en de vruchten daarvan slechts met toestemming van de rechter anders mogen worden besteed dan voor de omzetting voorgeschreven.

Andere gronden om de machtiging tot omzetting te weigeren zijn als het besluit dat aan de omzetting ten grondslag ligt nietig is of er een rechtsvordering tot vernietiging aanwezig is.

In een recent verzoek tot machtiging werd in de ontwerpakte het volgende opgenomen:

“In verband met de onderhavige omzetting van voormelde stichting in de vennootschap wordt hierbij overeenkomstig artikel 18 lid 6 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bepaald dat:

Het vermogen dat zij bij de onderhavige omzetting heeft en de vruchten daarvan slechts met toestemming van de rechter anders mogen worden besteed dan voor de omzetting was voorgeschreven. Hetzelfde geldt voor de situatie voor zover het vermogen en deze vruchten daarop krachtens fusie of splitsing zullen of zijn overgegaan.

In aanvulling op voormelde wettelijke bepaling wordt hierbij bepaald dat na de onderhavige rechtsvormwijziging van voormelde stichting uit de jaarrekening of andere financiële verantwoording moet blijken dat het op geld waardeerbare bedrag van het vermogen van voormelde stichting, dat zij bij de rechtsvormwijziging heeft, is opgenomen in een rechtsvormwijzigingsreserve. (…).”

Nu aan alle vereisten werd voldaan werd het verzoek dan ook ingewilligd en de machtiging verleend.

Wilt u meer weten over het omzetten van een stichting in een besloten vennootschap? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Schenkingen in fase voor overlijden vereisen notariële toets

Het is bepaald geen uitzondering dat een langstlevende ouder gedurende de laatste periode van zijn of haar leven aan een van de kinderen forse schenkingen doet, meestal aan een kind dat bank- en andere zaken voor die ouder regelt. In de praktijk blijkt dan nogal eens dat de schenkingen door misbruik van omstandigheden tot stand zijn gekomen.

Uit omstandigheden en documenten kan namelijk blijken dat er al enige tijd sprake was van een afnemende geestestoestand of andere factoren die de ouder afhankelijk en ook beïnvloedbaar hebben gemaakt. Voor het kind waarvan de ouder dan afhankelijk wordt – niet alleen met bankzaken maar als contactpersoon met zorg- en andere instanties – kan de verleiding dan te groot worden om hieruit voordeel te behalen die de overige kinderen niet zullen hebben.

Van het kind mag in dat geval worden verwacht dat die zorgvuldig handelt in het kader van het gevoerde beheer. In dat kader mag ook worden verlangd dat het kind bij voorgenomen grote schenkingen in die periode een notaris zou die met de ouder in een gesprek onder vier ogen diens wensen had kunnen vastleggen. Dit om een objectieve toetsing mogelijk te maken of de vermogensoverdracht van ouder naar kind ook de wens was van de ouder was en of die de reikwijdte van zijn of haar handelen heeft kunnen overzien.

Wilt u meer weten over schenkingen in de laatste fase van uw leven of in het leven van uw ouders? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Aanslag overdrachtsbelasting na uittreden vof-vennoot

Als een van de vennoten uit een vennootschap onder firma (vof) uittreedt en die vof bezit onroerend goed, draagt de uittredende vennoot impliciet ook zijn of haar deel van / belang in het onroerend goed bezit over. Daarover moet overdrachtsbelasting worden betaald.

Voor de Belastingdienst is de akte van verdeling voor de overdracht van het aandeel van de uittredende vennoot bepalend. Dat is de juridische eigendomsoverdracht. Op dat moment vindt ook de economische eigendomsoverdracht plaats, wat op grond van de wet een belastbaar feit oplevert.

Echter, als bij de verdeling geen rekening is gehouden met overdrachtsbelasting, is dat voor de inspecteur reden om een naheffingsaanslag op te leggen. De Wet op belastingen van rechtsverkeer is daarvoor de basis. Door het uittreden van een vennoot verkrijgen de overige vennoten de economische eigendom van de tot de onderneming behorende onroerende zaak. Het maakt dan niet uit of in de akte alleen is gesproken over het recht op levering, de belasting is verschuldigd op basis van de economische eigendomsovergang. Het uittreden heeft tot gevolg dat de uittreder zijn of haar belangen in de vof, en daarmee de belangen in de tot de onderneming behorende onroerende zaak, heeft overgedragen. Dat leidt er weer toe dat naast het gebruiksrecht ook het risico op waardeverandering van de onroerende zaak is overgegaan.

Wilt u meer weten over de gevolgen van uittreden van vennoten? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Praat op tijd over je levenseinde

(Bron KNB) De Patiëntenfederatie Nederland heeft een nieuwe, nog toegankelijkere versie gemaakt van de handreiking ‘Praat op tijd over je levenseinde’. De brochure helpt de patiënt het gesprek aan te gaan over zorg in de laatste levensfase.

De handreiking is bedoeld voor iedereen die met zijn of haar dokter wil of moet praten over het levenseinde. Wat wil je bijvoorbeeld dat de dokter doet als je veel pijn hebt of op een andere manier lijdt? Wil je het liefst thuis sterven, in het ziekenhuis of in een hospice? Heb je een schriftelijke wilsverklaring? De handreiking is onder andere aangevuld met nieuwe informatie over palliatieve zorg, het schriftelijk euthanasieverzoek en euthanasie bij dementie.

Misverstanden weggenomen

In samenspraak met de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) zijn enkele veel voorkomende misverstanden over medische wilsverklaringen in een levenstestament weggenomen. Zo is toegevoegd dat de notaris een levenstestament niet naar de dokter stuurt. En er staat nog duidelijker in dat de wilsverklaring alleen niet genoeg is. Die moet ook altijd nog met de dokter worden besproken.

Patiëntenorganisaties

Patiëntenfederatie Nederland vertegenwoordigt ruim 200 patiëntenorganisaties in Nederland. Zij hebben de handreiking gemaakt samen met de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (KNMG) en het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG). Het notariaat verwijst naar deze handreiking in de informatie over het levenstestament.

Wilt u meer weten over het opmaken van een levenstestament? Bel ons voor een afspraak.