Minder huwelijken, meer huwelijkse voorwaarden


Het aantal huwelijken en geregistreerd partnerschappen is juist afgenomen als je het eerste kwartaal van 2019 vergelijkt met dat van 2018. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).


Nieuwe wet beperkte gemeenschap van goederen

In 2018 daalde het aantal huwelijkse voorwaarden nog. In heel 2018 zijn 4.774 minder huwelijkse voorwaarden gemaakt dan in 2017: een daling van bijna 30%. De daling van het aantal huwelijkse voorwaarden leek een gevolg van de nieuwe wet beperkte gemeenschap van goederen die 1 januari is ingegaan. Toekomstige echtgenoten weten de gang naar de notaris nu weer beter te vinden. De Nederlandse vereniging voor burgerzaken (NVvB) doet vanwege deze cijfers nader onderzoek naar deze trend. De vereniging vraagt medewerkers van burgerzaken wat hun ervaring is en hoe de voorlichting hierover is.


Werking na overlijden

Ook cijfers van het Centraal Testamentenregister laten een stijging zien. Hierin worden huwelijkse voorwaarden ingeschreven waarin een beschikking des doods is opgenomen. Dat zijn bepalingen die pas gelden als één van de echtgenoten overlijdt. Het aantal steeg van 557 in 2018 naar 669 in 2019, een stijging van 17%.

Wilt u meer weten over de mogelijkheden en voordelen van huwelijkse voorwaarden? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Grenzen aan agenderingsrecht aandeel- en certificaathouders

Uit de parlementaire geschiedenis bij dat artikel blijkt dat deze bevoegdheid beoogt bij te dragen aan de uitoefening van de eigen wettelijke bevoegdheden van de algemene vergadering. Ook is het doel er van om het functioneren van de algemene vergadering als orgaan te verbeteren, mede met het oog op het afleggen van verantwoording over het gevoerde beleid door het bestuur en de raad van commissarissen.

Het onderwerp waarover agendering wordt gevraagd kan ook een onderwerp zijn waarvoor aan de algemene vergadering geen wettelijke of statutaire bevoegdheid tot besluitvorming toekomt. Een verzoek om een onderwerp te agenderen kan slechts in uitzonderlijke gevallen worden geweigerd.
Het bepalen van het beleid en de strategie van een vennootschap en de met haar verbonden onderneming is echter een aangelegenheid van het bestuur van de vennootschap. Het bestuur is dan ook niet verplicht daar met de algemene vergadering overleg over te voeren. De aandeelhouders en certificaathouders kunnen de vennootschap er dan ook niet toe verplichten een onderwerp dat een aangelegenheid is van het bestuur ter stemming op te nemen in de agenda van de algemene vergadering. Daarbij maakt het niet uit dat die stemming geen rechtsgevolg heeft of wordt betiteld als een informele stemming, een aanbeveling, een motie of een peiling, aldus de Hoge Raad De kans dat een onderwerp dat een bestuursaangelegenheid is de agenda haalt is hiermee wel een heel stuk kleiner geworden.

Wilt u meer weten over het agenderingsrecht van aandeel- en certificaathouders? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Kabinet onderzoekt nieuwe sociale rechtsvorm

Sociale ondernemingen zijn volgens het kabinet van belang voor de maatschappij, omdat zij een rol spelen bij het aanpakken van maatschappelijke vraagstukken op het terrein van bijvoorbeeld energie en klimaat, zorg, onderwijs en veiligheid in binnen- en buitenland. Sociaal ondernemers kunnen op dit moment voor dezelfde (rechts)vormen kiezen als elke andere ondernemer. Het kabinet gaat nieuwe varianten, zoals een bv-m, verkennen. Het invoeren van een nieuwe rechtsvorm is een juridisch ingrijpende maatregel, waarvan de gevolgen op dit moment nog onvoldoende bekend zijn. Aanvullend onderzoek is daarom nodig.

Het ministerie van Economische Zaken gaat samenwerken met andere ministeries, waaronder Justitie & Veiligheid. De KNB heeft al aangeboden mee te denken over de nieuwe rechtsvorm.

Wilt u meer weten over passende rechtsvormen voor sociaal ondernemerschap? Bel ons voor een afspraak.

Onderzoek fiscus naar kwaliteit aangifte erfbelasting

Het ministerie van Financiën stelt wel dat de selectiewijze van de te controleren aangiften en de mate waarin de afgelopen jaren aangiften zijn gecontroleerd, niet in het onderzoek kunnen worden meegenomen. Dat komt omdat het selectie- en toezichtsbeleid niet openbaar is. Het onderzoek zal zich vooral richten op de grondslag van de schenk- en erfbelasting en de ontwikkeling daarvan. De uitkomsten van het onderzoek worden meegenomen in het vormgeven van het nieuwe belastingstelsel.

Wilt u meer weten over erven en schenken in het algemeen of erf- en schenkbelasting in het bijzonder? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Bedenktijd verkoper gebruikt voor verkoop aan hoger biedende derde

De wettelijke bedenktijd geeft de koper alle vrijheid om zonder opgave van redenen af te zien van de koop. Als in de koopovereenkomst eenzelfde bedenktijd aan de verkoper wordt toegekend, heeft ook deze de ruimte om zonder opgave van redenen af te zien van de verkoop. Met een dergelijke bepaling in het koopcontract neemt de koper willens en wetens het risico dat de verkoper afziet van de transactie.

 

Alleen als de verkoper de clausule om dezelfde koper er toe te brengen dat hij een hoger koopprijs accepteert, zou dat misbruik van bevoegdheid van de verkoper opleveren.

 

Wilt u meer weten over de bedenktijd in het koopcontract? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Maatschap voortgezet na vertrek maat

Wat moet er bijvoorbeeld met de maatschap gebeuren als een vennoot opzegt en de anderen niet allemaal met elkaar de maatschap willen voortzetten? Zo kan het gebeuren dat een van de overblijvende vennoten zich vrij voelt om zijn praktijk buitende maatschap kan voortzetten met medeneming van al zijn cliënten, zonder aan het concurrentiebeding te hoeven voldoen. De vraag is of deze vennoot gehouden kan worden aan de contractverplichting om zijn aandeel aan de overige vennoten moet aanbieden.

 

Om hierop een goed antwoord te vinden, moet aansluiting worden gezocht bij de inhoud van de door partijen gemaakte afspraken en wat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs van deze afspraken en van elkaar mogen verwachten. Uit de meeste maatschapscontracten zal blijken dat de maatschap door opzegging eindigt. Als vervolgens in het contract bepaald is dat wanneer niemand de maatschap wil voortzetten, zij allen vrij over hun aandeel daarin kunnen beschikken en dat er moet worden verrekend en vereffend. Meestal wordt in het contract ook bepaald dat uittredende maat verplicht is om zijn aandeel in de maatschap aan de voortzettende vennoten aan te bieden en dat hij gebonden is aan een concurrentiebeding.

 

Als de maatschap door opzegging is geëindigd, maar deze door de overige vennoten is voortgezet, kan de rechter hieruit afleiden dat zij verrekening en vereffening van het maatschapsvermogen achterwege wilden laten. Het is daarbij wel van belang om te kijken naar de manier waarop zij in het verleden met opzegging/uittreding zijn omgegaan. In een concrete situatie als dit voorbeeld oordeelde de rechter dat een overblijvende vennoot niet vrij is om zijn praktijk buitende maatschap voort te zetten met medeneming van cliënten, zonder aan het concurrentiebeding te hoeven voldoen. De rechter koos hiermee voor een praktische en maatschappelijk wenselijke oplossing, ondanks het ontbreken van een voortzettingsbeding.

 

Wilt u meer weten over de gevolgen van hert uittreden van een maatschapsvennoot? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Zonder samenlevingscontract toch vergoedingsrecht partners mogelijk

Partners kunnen in elk geval geen rechten ontlenen aan de regels voor echtgenoten en geregistreerde partners. Met een overeenkomst zouden beide partners nog kunnen profiteren van hetgeen – met inachtneming van de bedoeling van de overeenkomst – uit de wet, de gewoonte of de eisen van redelijkheid en billijkheid voortvloeit.

Zonder overeenkomst ontstaat een mogelijk ongewenste situatie voor beide partners. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als het woonhuis van een van beiden is en de ander tijdens de samenwoning verbouwingskosten betaalt, omdat de eigenaar-partner daartoe niet in staat is. Bij het einde van de relatie komt de vraag op of de partner die de verbouwingskosten heeft betaald, recht heeft op vergoeding door de andere partner. Juridisch gezien is het echter zo dat – ook al is er geen samenlevingscontract of andere overeenkomst – in hun rechtsverhouding ook de redelijkheid en billijkheid een rol spelen. Het feit dat zij gaan samenwonen, heeft namelijk automatisch gevolgen voor hun vermogensrechtelijke verhouding.
Dit brengt echter niet met zich mee dat in de voorbeeldsituatie een recht op vergoeding van de verbouwingskosten ontstaat, tenzij er bijzondere feiten en omstandigheden worden aangetoond. Het is daarom aan te raden om in dergelijke omstandigheden een overeenkomst te sluiten

Wilt u meer weten over vergoedingsrecht tussen samenwoners? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Grenzen schenking voor eigen woning


  • In 2019 is en bedrag van € 102.010,- vrijgesteld van belasting als u dat een uw kind schenkt om daarmee kosten voor het eigen huis te betalen: aankoop van een eigen huis, een verbouwing of aflossing van de hypotheek.
  • De regeling geldt voor iedere Nederlander die wil schenken aan iemand tussen de 18 en de 40 jaar of diens partner. Ook de dag dat de ontvanger 40 jaar wordt, telt nog mee.
  • Met het te schenken bedrag kan kan ook eerder geleend geld voor een eigen woning worden kwijtgescholden.
  • Als u zelf het huis verkoopt aan uw kind, mag u de schenking ook gebruiken voor het kwijtschelden van een deel van de koopprijs.
  • Hetzelfde effect bereikt u als u het huis tegen een lagere prijs dan de marktwaarde verkoopt.

Wilt u meer weten over de eigenwoningschenking? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Samenlevingscontract zonder maximumtermijn onderhoudsverplichting riskant

De wettelijke bepalingen over onderhoudsverplichtingen zijn alleen van toepassing op overeenkomsten die betrekking hebben op een wettelijke alimentatieverplichting. De wettelijke maximumtermijn voor alimentatie – twaalf jaar – geldt daarom ook niet voor samenwoners.

Op een onderhoudsverplichting in een samenlevingsovereenkomst zijn andere wettelijke bepalingen van toepassing. Deze bepalingen gaan uit van redelijkheid en billijkheid. Om vast te stellen of iets redelijk of billijk is, is de rechter nodig. Die zal in het algemeen bij uitspraken daarover de nodige terughoudendheid te betrachten. Als u een dergelijke onderhoudsverplichting aangaat of bent aangegaan, hangt het dan ook van de feiten en omstandigheden af om de rechter te bewegen om de onderhoudsverplichting na een bepaalde periode te laten eindigen, ok al heeft u geen maximumtermijn afgesproken.

Wilt u meer weten over het opstellen van een juridisch complete samenlevingsovereenkomst? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Zorgen om geringe toename bouwkundige keuringen

In een koopovereenkomst staat sinds 1 februari 2018 standaard een voorbehoud voor een bouwkundige keuring. Wordt dit voorbehoud niet opgenomen, dan is het verplicht om expliciet de reden daarvoor in de koopovereenkomst te beschrijven. In de praktijk heeft dit volgens BIJN.nl geleid tot een stijging van slechts 6 procent van het aantal bouwkundige keuringen. Dat baart Nijboer zorgen. Hij wil graag van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Kajsa Ollongren, weten hoe het mogelijk is dat in driekwart van de gevallen geen bouwkundige keuring is opgenomen in de koopovereenkomst.

Nijboer wil verder weten of de minister zich ook zorgen maakt dat, door de oververhitting van de woningmarkt, kopers worden gedwongen om een bouwtechnische keuring te schrappen. Als dat zo is, wil hij dat de minister actie onderneemt om huizenkopers beter te beschermen tegen miskopen.

Wilt u meer weten over het opstellen van een juridisch sluitende koopovereenkomst? Bel ons voor het maken van een afspraak.