Bevoordeling bedrijfsopvolger heeft nadelig effect op legitieme portie

Soms
ziet de rechter een heel andere benadering, zoals in een geval waarin het
opvolgende kind door zijn ouders was onterfd vanwege de bevoordeling bij de
overname va het bedrijf. Bedoeling van de ouders was om de overige kinderen
daarvoor te compenseren. De onterfde opvolger beriep zich echter op zijn
legitieme portie.

Voor
de rechtbank is de uitdrukkelijke wens van de ouders leidend in deze situatie.
De rechter zal toetsen of de overnameprijs inderdaad lager was dan de waarde in
de vrije markt. Daarmee staat vast dat de ouders de opvolger hebben willen
bevoordelen. Er is dan sprake van een materiële schenking. Vanuit die optiek
moet de legitieme portie van de opvolger verminderd worden met het bedrag van
de bevoordeling.

Wilt
u meer weten over bevoordeling van bedrijfsopvolging en de rechten van
erfgenamen nadien? Bel ons voor het maken van een afspraak.


Grote schenkingen vooral voor vermogende kinderen

Het
CBS ziet tussen 2007 en 2014 wel een groei in het aandeel schenkingen aan
personen uit de minst vermogende huishoudens. Hun aandeel steeg van 5 procent
in 2007 naar 16 procent in 2014. In 2015 zakte het weer iets: naar 13 procent.

Hypotheek

Vanaf
2011 ging het vooral om ontvangers van schenkingen voor de eigen woning die
(onder andere) ingezet konden worden voor aflossing van de hypotheekschuld.
Deze ontvangers waren vaker minder vermogend omdat ze een relatief hoge
hypotheekschuld hadden. Het gaat in dit onderzoek uitsluitend over schenkingen
waarvoor aangifte bij de Belastingdienst is gedaan. Omdat de fiscale
afwikkeling van de schenkingen drie jaar kan duren, is 2015 het meest recente
verslagjaar waarover definitieve cijfers kunnen worden gepubliceerd.

Wilt
u meer weten over schenkingen aan uw kinderen, ook al bent u minder vermogend?
Bel ons voor het maken van een afspraak.


Meer levenstestamenten, minder huwelijkse voorwaarden

Het aantal akten dat het notariaat het vierde kwartaal van 2018 heeft gepasseerd, is opnieuw meer dan hetzelfde kwartaal een jaar eerder. In totaal heeft het notariaat 3.433 akten meer gepasseerd. Traditioneel worden de meeste akten gepasseerd in de onroerendgoedpraktijk, gevolgd door de familierechtpraktijk.


Veel kandidaat-notarissen


Het aantal notarissen is het afgelopen kwartaal licht gestegen. Vergeleken met een jaar eerder, zijn er iets minder notarissen werkzaam. Het aantal kandidaat-notarissen blijft licht stijgen. Inmiddels werken er 1.900 kandidaat-notarissen in het notariaat. Het is de afgelopen 5 jaar is dit aantal niet zo hoog geweest. Ook het aantal toegevoegd notarissen blijft stijgen.

Verdeling boedel na stuklopen relatie ligt voor de hand

In een situatie waar er nog minderjarige kinderen thuis wonen, kunnen beide partners bijvoorbeeld afspreken dat moeder en kinderen in het huis blijven wonen en dat moeder vanaf dat moment alle hypotheeklasten voor haar rekening neemt. Als een dergelijke afspraak niet goed is vastgelegd – maar bijvoorbeeld mondeling is gemaakt zonder bijzijn van derden – dan wordt een dergelijke afspraak door partijen al gauw verschillend uitgelegd.

De rechter kan dan nog maar een ding. Als beide partijen elk hun eigen lezing hebben over de nergens vastgelegde afspraken, kan de rechter niet vaststellen of zij daadwerkelijk op een bepaald moment een afspraak hebben gemaakt. Die conclusie is in dit geval nadelig voor de vrouw, aangezien zij zal moeten meewerken aan een eventueel door de man verlangde verkoop van het huis.

Voor de rechter is het uitgangspunt dat een partner niet kan worden verplicht om mee te werken aan het (nog) niet verdelen van de boedel na verbreking van de relatie. Een uitzondering daarop is alleen mogelijk als anders blijkt uit de aard van de gemeenschap, of als een van beiden door verdeling onevenredig in zijn of har belang wordt getroffen. Als dat niet het geval is, zal de vrouw in het omschreven voorbeeld moeten meewerken aan verkoop van de woning.

Wilt u meer weten over verdeling van boedel na verbreken van een relatie? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Meerouderschap heeft invloed op rechten andere kinderen

Het ministerie had de KNB om advies gevraagd over de juridische aspecten van meerouderschap, dit naar aanleiding van het rapport ‘Kind en Ouders in de 21ste eeuw’ van de Staatscommissie Herijking ouderschap.


Afwikkeling


Uit de notariële praktijk blijkt dat de afwikkeling van erfenissen waarin een kind is onterfd, maar wel een beroep doet op de legitieme portie, vaak problemen met zich meebrengt. De afwikkeling neemt meer tijd in beslag, is duurder en zorgt voor meer juridische procedures over de vaststelling van de omvang van de legitieme portie. De Staatscommissie wil dat kinderen van meeroudergezinnen juridisch meerdere ouders kunnen hebben en dus ook van meer dan twee ouders erfgenaam zijn. Meer kinderen verhoogt ook de kans op een toename van problematische afwikkelingen en juridische procedures daarover.

Erfrecht


Verder laat de issuegroep weten dat er een uitlegregeling moet komen over het begrip kind of kinderen. Dit omdat het begrip kind of kinderen in oudere testamenten nog niet verwees naar stiefkinderen. Ook adviseert de KNB niet alleen meeroudergezinnen ruimere erfrechtelijke mogelijkheden te geven, maar ook stiefoudergezinnen. Ook zij willen vaak dat stiefkinderen en eigen kinderen gelijk worden behandeld en hetzelfde erven.

 

Wilt u meer weten over de rechten van kinderen bij meerouderschap? Bel ons voor het maken van een afspraak

Eigen bijdrage voor zorg in 2019

De
langdurige zorg en ondersteuning voor volwassenen is geregeld in drie wetten,
afhankelijk van het soort zorg:

  • zorg
    vanuit de Wlz (Wet langdurige zorg);
  • ondersteuning
    vanuit de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning);
  • wijkverpleging
    vanuit de Zvw (Zorgverzekeringswet).

Vormen
van ondersteuning en zorg vanuit de diverse wetten worden vaak hetzelfde
genoemd, zoals “verpleging”, “dagbesteding” of “hulp bij het huishouden”. U
kunt echter niet zelf kiezen op basis van welke wet u de zorg ontvangt. Dit
wordt namelijk bepaald door uw zorgbehoefte.

Over
het algemeen is het zo dat mensen die thuis wonen, zelfstandig of in een
kleinschalige woonvorm, zorg ontvangen vanuit de Wmo en Zvw. Een indicatie voor
Wmo of Zvw is tijdelijk en moet na het aflopen van een bepaalde periode opnieuw
worden aangevraagd.

Als
de zorgbehoefte zodanig is dat een beroep kan worden gedaan op de Wlz, gaat het
vaak om iemand die opgenomen is (of wordt) in een zorginstelling. Een indicatie
voor de Wlz is levenslang.

De
zorgwetten worden door verschillende instanties geregeld en gefinancierd. Wmo-
ondersteuning wordt door de gemeente ingekocht, de wijkverpleging door de
zorgverzekeraar en de Wlz-zorg door het zorgkantoor. Er gelden dan ook
verschillende eigen bijdrages: de gemeente kan een bijdrage vragen voor
Wmo-ondersteuning, voor wijkverpleging hoeft u niet te betalen en voor Wlz-zorg
betaalt u een bijdrage die afhankelijk is van uw inkomen en uw vermogen.

Onlangs
zijn enkele wijzigingen doorgevoerd. Zo geldt per 1 januari 2019 voor
Wmo-ondersteuning een vaste maximale bijdrage van € 17,50 per vier weken. Wat
betreft de Wmo wordt dus niet meer gekeken naar iemands inkomen of vermogen. Er
zijn wel een paar uitzonderingen:

  • de
    gemeente kan de bijdrage verlagen of op nihil stellen voor bepaalde inwoners;
  • alle
    niet-AOW-gerechtigde meerpersoonshuishoudens betalen geen bijdrage meer voor de
    Wmo;
  • als
    een huishouden al een bijdrage voor Wlz betaalt, dan betaalt de cliënt geen
    bijdrage voor Wmo-ondersteuning.

Wat
betreft de Wlz zijn er per 1 januari de volgende wijzigingen doorgevoerd:

  • de
    periode waarover het CAK met terugwerkende kracht een eigen bijdrage mag
    opleggen is verkort, van drie jaar naar één jaar;
  • de
    overgangstermijn van de lage naar de hoge eigen bijdrage is verkort van zes
    maanden naar vier maanden. Alleenstaanden betaalden eerder bij opname in een
    verpleeghuis de eerste zes maanden de lage bijdrage en daarna de hoge bijdrage.
    Nu moet na vier maanden de hoge eigen bijdrage worden betaald;
  • de
    vermogensbijtelling voor de berekening van de eigen bijdrage is verlaagd van 8%
    naar 4%. Dat betekent dus dat het vermogen minder zwaar meetelt.
  • De
    maximaal verschuldigde bedragen zijn ook aangepast:
    • de maximale
      lage eigen bijdrage was vorig jaar € 850 en is nu € 861,80 per maand;
    • de maximale
      hoge eigen bijdrage was vorig jaar € 2.331,60 en is nu € 2.364,80 per maand.

Via
de rekenhulp op de website van CAK zou u een proefberekening kunnen doen om te
kijken wat u voor Wlz-zorg zou moeten betalen. In veel gevallen zijn er
mogelijkheden om het vermogen en daarmee de zorgbijdrage te verlagen.
Bijvoorbeeld door in uw testament vast te leggen dat de kinderen hun erfdeel
kunnen opeisen als de langstlevende in een zorginstelling wordt opgenomen, een (belastingvrij)
bedrag aan kleinkinderen te legateren of door schenkingen (contant of “op
papier”) te doen. Een testament en/of een levenstestament kan daarbij een
belangrijke rol spelen.

Wilt
u meer weten over het vastleggen van opeisbaarheid van het erfdeel van uw
erfgenamen bij opname in een zorginstelling? Bel ons voor het maken van een
afspraak.


Publicatie giften en financiële gegevens verplicht

Het
overigens zeer ruim geformuleerde wetsvoorstel raakt in beginsel stichtingen,
verenigingen, kerkgenootschappen en daarmee vergelijkbare buitenlandse
rechtspersonen die in Nederland actief zijn. Het gaat dan niet alleen om ANBI’s
(Algemeen Nut Beogende Instellingen), maar ook om sportverenigingen, moskeeën,
kerken en wellicht vallen ook STAK’s (Stichting Administratiekantoren) onder de
regeling.

Elke
maatschappelijke organisatie moet – als de wet wordt aangenomen – donaties met
een waarde van €15.000,00 of meer openbaar te maken. Onder openbaar maken
wordt verstaan het melden van de hoogte van de donatie, de datum waarop de
donatie is ontvangen en de naam en woonplaats van de donateur. Vervolgens moet
elke bestuurder en elk lid van een eventueel aanwezig toezichthoudend orgaan
het donatieverzoek ondertekenen. Het wetsvoorstel voorziet overigens wel in een
mogelijkheid bepaalde organisaties vrij te stellen van de hiervoor bedoelde
verplichtingen.

Het
verplicht openbaar maken raakt heel veel organisaties, ook organisaties die nu
helemaal niet verplicht zijn stukken openbaar te maken. Wat overigens te denken
van de enorme inperking van het recht op privacy (van zowel de donateur als de
betrokken organisatie)? Gaat openbaarmaking niet heel ver? Zou het overleggen
aan belastingdienst en openbaar ministerie in een heleboel gevallen niet
voldoende zijn?

Wilt
u meer weten over schenkingen, de aftrekbaarheid daarvan en de aard van het
wetsvoorstel? Bel ons voor het maken van een afspraak.


Veel kerken nog in gebreke bij publicatie jaarcijfers

Verlies van de ANBI-status heeft grote fiscale nadelen. Het betekent dat kerken dan geen recht meer hebben op belastingvrijstelling over schenkingen. Kerken zijn verplicht om de jaarcijfers van de kerkrentmeesters en de diaconieën openbaar te maken via hun website.
Kerken zijn tijdig op de hoogte gesteld van deze verplichting. De verplichting omvat (onder meer) het vóór 1 juli publiceren van de jaarcijfers van het voorgaande jaar en het opstellen van een beleidsplan.

Wilt u meer weten over de ANBI-verplichting voor kerken? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Schenking kort voor overlijden verrekend met erfenis

De verrekening houdt in dat de te betalen erfbelasting wordt verminderd met de reeds betaalde schenkbelasting. De regel lijkt duidelijk, maar toch is er de vraag of de werkelijk betaalde schenkbelasting in mindering wordt gebracht op het erfdeel, óf dat de vermindering als percentage moet worden gezien van het geschonken bedrag ten opzichte van het totale erfdeel.

Volgens het Hof (Leeuwarden) is de wettekst helder en niet voor tweeërlei uitleg vatbaar. Het Hof vindt vermindering met het gehele bedrag aan schenkbelasting niet in strijd met doel en strekking van de wetsbepaling. De termijn is 180 dagen. Alles wat binnen die 180 geschonken is, moet worden verrekend, alles wat daarvóór is ontvangen, valt buiten de verrekening.

Wilt u meer weten over schenkingen en schenkingsvrijstellingen? Bel ons voor het maken van een afspraak.

Restschuld kan bij scheiding vragen oproepen

Het Hof Den Haag
kreeg onlangs een dergelijke situatie voorgeschoteld, waarin sprake was van een
hypothecaire lening onder Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Partners hadden
in hun samenlevingscontract afgesproken dat zij elk voor de helft alle kosten
zullen dragen die verband houden met de eigendom van het huis, maar ook elk
voor de helft zullen delen in de waardevermeerdering of -vermindering. Toen zij
uit elkaar gingen, verkochten zij het huis en bleef er er nog een restschuld
over. De ene partner betaalt de helft daarvan aan NHG. De ander vraagt bij NHG
kwijtschelding, die ook kwijtschelding verleent.

Daarmee is een
geschil geboren. De partner die wel betaalt heeft, krijgt via de rechter voor
elkaar dat de ander de helft van dat deel aan haar te betalen. In hoger beroep
denkt het Hof daar anders over. Gelet op de afspraken in het
samenlevingscontract was het aan elke partner voor zich om zijn of haar aandeel
te financieren. Volgens het Hof hebben beide partners voldaan aan hun
verplichting. Dat de restschuld bij de ene partner is kwijtgescholden doet daar
niets aan af. Dat de ander tocht heeft betaalt is voor eigen risico. Die
partner had ook om kwijtschelding kunnen vragen, maar heeft dat niet gedaan.
Dat is de ander niet te verwijten.

Wilt u meer weten
over de regels die bij het afsluiten van hypotheken in hypotheekakte,
samenlevingscontract of huwelijkse voorwaarden worden vastgelegd? Bel ons voor
het maken van een afspraak.